Bankroetier
en dominee
Een dubieuze predikant voor de Engelse Kerk te Middelburg
fy^CffaS U, /x tn<J—
dC
tf-fix a^A-hj,7iOO^
X. MJ Uri ijóo
^yf/a^nLfie ^4^7^*
Vijfendertig jaar had rev. Martinus van der
Wind als predikant van de Engelse Kerk in
Middelburg gewerkt. Trouw had hij met
volle inzet zijn geliefde gemeente gediend.
Achtenzeventig jaar was hij toen hij met
een welverdiend emeritaat ging. De laatste
jaren waren hem zwaar gevallen, maar hij
hoopte nog enkele jaren van rust en vrede
te kunnen genieten.
Op 6 mei 1759 kwam de kerkeraad nog
een laatste maal onder zijn leiding bijeen
om een nieuwe predikant te kiezen. Lang
hoefde er niet over gesproken te worden.
Unaniem werd besloten George Hughes
Worsley, kandidaat te Herford, Engeland,
te beroepen.
De nieuw benoemde predikant liet spoedig
weten dat hij het beroep aannam. 'Het is
mijn wens,' zo schreef hij aan de kerke
raad, 'te gaan in de voetstappen van de
eminente en trouwe dienaar van Christus,
die ik onwaardige, door u geroepen, zal
gaan opvolgen.' Zijn pen heeft mogelijk
een ogenblik geaarzeld toen hij het woord
unworthy (onwaardig) schreef.
Op 5 augustus werd hij door rev. Van der
Wind in het ambt bevestigd. De predikant
van de Waalse Kerk, Charles Delo, nam
deel aan de handoplegging.
Die middag, bij zijn intrededienst, sprak
Worsley over Ezechiël 3, de verzen 17-21
De profeet wordt daar aangesteld tot
Tekening in gewassen oostindische inkt door
L.J. Dh(aenens). (Rijksarchief in Zeeland,
KZGW, Zelandia Illustrata deel II, nr. 639)
-~ssl
Pli li ii i 'li il'
f i Jh Y t' r ft 71 ZtZ'jJ
j 3