heer Vermaze vertelde mij dat men vanaf deze 'ijskelderbaan' met gemak het bevro ren water van de vest kon bereiken. In 1982 of 1983 werd de ingang van de ijs kelder om veiligheidsredenen dichtgemet seld. Een tweede ijskelder In 1774 werd in Middelburg een tweede ijskelder aangelegd. Uit een afschrift van het register van cijnsen blijkt Cornelis de Pauw op 12 november 1774 drie schellin gen en vier penningen per jaar schuldig te zijn voor een erve op het bastion achter de Oostersestraat 'tot het zetten van een ijs kelder'. Vermoedelijk dezelfde ijskelder wordt in de gedrukte Handelingen van de Gemeente raad van Middelburg van 26 januari 1887 vermeld. Op deze dag werd in de vergade ring van de gemeenteraad het verzoek van banketbakker Willem Hendrik Gravestein aan Burgemeester en Wethouders van Middelburg behandeld. Hij vroeg om zijn ijskelder, gelegen nabij de Koepoort, op dezelfde voorwaarden als zijn voorgangers te mogen vullen met ijs uit het naast deze kelder gelegen gedeelte van de vest. De gemeenteraad nam het advies van B&W over om dit toe te staan op dezelfde voor waarden waarop in 1883 een gedeelte van de vest was verhuurd aan de Middelburg se kunstboterfabriek (margarinefabriek). Zodoende kon banketbakker Gravestein 250 centiaren wateroppervlakte onder hands huren voor een bedrag van een gul den per jaar tegen betaling van de op deze verhuring vallende kosten. Hieronder viel het herstel van schade aan het bol werk bij het met de kar vervoeren van het ijs naar de kelder. W.H. Gravestein adverteerde in 1888 in het Domburgsch Badnieuws als 'confiseur- patissier' in de Lange Delft en in de Lange Noordstraat. Zijn specialiteiten waren 'lady plum- en poundcakes die zich geruimen tijd als versch houden' en de 'eenige echte Zeeuwsche letterkoek'. Verder verkocht hij paling en garnalen in gelei. Bestellingen voor Domburg werden gedurende het bad seizoen franco geleverd. W.H. Gravestein liet B&W van Middelburg in november 1894 weten dat de aan hem op 21 oktober 1887 verleende concessie tot het inzamelen van ijs in de vest inge trokken kon worden en in de Middelburg- sche Courant van 28 december 1894 bood hij zijn ijskelder te huur aan. Nader onder zoek zal moeten uitwijzen of hij of een eventuele opvolger de ijskelder is blijven gebruiken, maar nu met geïmporteerd ijs uit Scandinavië, of dat de aankoop van koelmachines leidde tot het afstoten van deze kelder. Het is mij niet bekend of van deze ijskelder nog restanten over zijn. Ijsfabrieken in Middelburg De eerste beroepsgroep die overging tot het machinaal vervaardigen van ijs, waren de bierbrouwers. Voor de productie van ondergistend bier hadden zij zeer veel ijs nodig. Bierbrouwerij De Vijfhoek van de firma Luteijn in Middelburg, die in 1887 en 1895 nog toestemming van de gemeente kreeg voor het hakken van ijs uit de vest, ontving in 1906 een vergunning voor de aanschaf van een ijsmachine en beval zich vanaf dat jaar in advertenties tevens aan als ijs fabriek. Hierbij werd benadrukt dat het uit zuiver duinwater vervaardigde ijs beant woordde aan alle eisen der hygiëne. In Middelburg werd ook een fabriek opge richt die zich alleen op de fabricage van ijs

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 1998 | | pagina 24