Vadertjes 't Is 'n schoeven turk winnaar dan op de zoeven genoemde brandewijn met suiker. Net als 's ochtends werd er 's avonds weer op dezelfde manier gereden. Op de zaterdag na Pinksteren kwamen alle rijders weer te zamen om af te reke nen met vrienden, caféhouders en ande- Wanneer je de kop boven dit artikeltje leest, zou je kunnen denken dat het over een inwoner van Turkije gaat. Jan Vader vermoedt dat deze uitdrukking over de kaper Pierre Ie Turcq gaat. Men weet alleen iets over deze man uit de periode 1781-1784; zelfs zijn geboorte- en sterfjaar zijn niet bekend. Le Turcq was afkomstig uit het Franse Duinkerken, een stad die berucht was om zijn kapers. Hij vocht tijdens de Vierde Engelse Oorlog (1780-1784) voor de Vlis- singse reder Nortier tegen de Engelsen. Tijdens deze oorlog was de Engelse vloot oppermachtig. De vloot bestond uit 122 oorlogsschepen, terwijl de Republiek der Verenigde Nederlanden er slechts zeven tien had. De zeeën werden beheerst door de vijand. Hierdoor leed de handel van de Republiek enorme schade. Om deze scha de te beperken, werd de kaapvaart bedre ven. Ook vanuit Vlissingen voeren regelmatig schepen uit om boten van de vijand te kapen. Zo voer kaperkapitein Pierre le ren aan wie ze iets verschuldigd waren. Eerst moest dan van elke gewonnen prijs nog op een halve pint brandewijn met sui ker worden getrakteerd. Dit zijn in kort de juiste gegevens van de Oostkappelse ringrijderij te paard. Turcq op 6 september 1781 de haven van Vlissingen uit. Door reder Nortier werd hem de kleine, maar snelle sloep met de toepasselijke naam De Jager toever trouwd. Dit schip was bewapend met veer tien stukken geschut. Gedurende een kruistocht van negen dagen veroverde Le Turcq vier rijkbeladen koopvaarders. Engelse oorlogsschepen zetten echter de achtervolging in. Ze zaten hem zo op de hielen dat hem niets anders restte dan de sloep bij 's-Gravenzande op de kust te laten lopen. De branding maakte er korte metten mee. Spoedig daarna werd Pierre le Turcq bevelhebber op het kaperschip De Vlissin- ger. Dit schip had een bemanning van 54 koppen en had achttien stukken geschut aan boord. Met De Vlissinger veroverde Le Turcq in de winter van 1781 /'82 meerdere schepen. Op 24 januari 1782 veroverde hij een Franse Oostindiëvaarder op de Brit ten. De lading van dit schip had een waar de van twee ton goud. Tijdens een zware storm werd het schip door de Britten voor

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 1998 | | pagina 30