Zijn woorden hadden resultaat: de brigade
werd gehandhaafd en kreeg in 1922 zelfs
een nieuwe kazerne. De Marechaussee
bleef in Westkapelle tot na de capitulatie
van mei 1940. Toen werden op last van de
Duitse bezetter leden van de brigade over
geheveld naar de burgerpolitie.
Na de oorlog werden de politietaken in
Westkapelle overgenomen door de Rijks
politie.
Domburg en Middelburg
In nog een Walcherse plattelandsgemeen
te was - zij het kort - marechaussee
gevestigd. Dat was in 1945 te Domburg.
Daar werd toen een huurovereenkomst
gesloten voor één kamer in de villa Dui
nenburg aan de Noordweg ten behoeve
van de marechaussee. De woning was
van mevrouw Sprenger-Smit, toen wonen
de in Breda. De huur werd aangegaan
voor drie maanden tegen een huurprijs
van 52- per jaar. Nadere gegevens over
de aanwezigheid van marechaussee in
Domburg ontbreken echter. Aangenomen
kan worden dat na de normalisering van
de situatie het politiewerk werd overgeno
men door de Rijkspolitie.
Ook Middelburg heeft ooit een marechaus
seebrigade gehuisvest. In verband met de
aanleg van het Kanaal door Walcheren in
de jaren 1860-1870 werd eerst een tijdelijk
detachement in Middelburg ondergebracht.
In 1873 stelde de procureur-generaal aan
de minister van Justitie voor een vaste bri
gade in Middelburg uit te zetten. Tevens
werd aan de minister van Oorlog gevraagd
of de totale personeelssterkte wel uitbrei
ding toeliet. De minister antwoordde dat
van eigenlijke uitbreiding geen sprake was
omdat in Middelburg al marechaussee
gedetacheerd was. Wel moest nog een bri
gadecommandant in de rang van brigadier
te paard worden aangesteld.
In april 1874 was de zaak rond. Middel
burg kreeg officieel een brigade van vijf
bereden manschappen met als taak 'bui
tengewoon politietoezicht bij daar te stellen
werken'. De manschappen namen hun
intrek in een perceel achter de stoomolie-
fabriek aan de Kousteensedijk, Goesche
Korenmarkt P 53. Daar zaten zij ongeveer
tien jaar. Het einde kwam in 1883 toen in
Scheveningen een strafgevangenis werd
geopend en het Middelburgse personeel
daarheen werd overgeplaatst. Ook inven-
tarisvoorwerpen zoals nachtlager, kazerne-
rings- en stalartikelen werden naar Sche
veningen overgebracht. De huur van de
kazerne a 600- per jaar werd opgezegd.
Een preventieve taak
Verreweg de belangrijkste brigade op Wal
cheren was en is die van Vlissingen, opge
richt in 1903. Daar was echter wel het een
en andere aan voorafgegaan.
Rond de eeuwwisseling kwam er in Vlis
singen veel sociale onrust voor, die slechts
door ingrijpen van Marechaussee en Rijks-
veldwacht konden worden bedwongen. Al
in 1895 was een detachement marechaus
sees naar Vlissingen gezonden om het
hoofd te bieden aan woelingen bij het
Depót voor Discipline. In 1894 en 1895
werden marechaussees wegens sociale
onrust naar Nieuw- en Sint Joosland
gestuurd. Ook bij werkstakingen op de
scheepswerf De Schelde werden zij inge
zet. De Vlissingsche Courant van 5 maart
1900 meldt de aankomst van een kapitein
en zeventien man, die werkwillige matro
zen en stokers bij de Maatschappij Zee
land moesten beschermen.
Het optreden van de Marechaussee had in