secretaris Cornelis Baars, die op 9 augus tus 1849 overleed. Bij Koninklijk Besluit van 10 januari 1850 werd Cornelis de Bree tot burgemeester benoemd. Hij kreeg op 6 mei 1853 ontslag uit zijn functie, omdat hij uit de gemeente vertrokken was. Tot slot werd op 20 mei 1853 de burge 'De kerk te Kleverskerke, afgebroken in het jaar 1861'Tekening in kleur. Maker en jaartal onbekend. (Rijksarchief in Zeeland, KZGW, Zelandia lllustrata II nr. 60) meester van Arnemuiden, Cornelis Jacobus Baars, tevens burgemeester van Klevers kerke, welke betrekking hij bekleedde tot de opheffing van de gemeente in juli 1857. Aanvankelijk werden er ieder jaar twee, soms drie raadsvergaderingen gehouden: één voor het opmaken van de jaarlijkse begroting en één voor het vaststellen van de rekeningen. Om de twee jaar vonden er verkiezingen door de stemgerechtigden plaats. Deze verkiezingen hadden een kalm verloop en gezien het grote aantal ongeldig uitgebrachte stemmen, werden ze blijkbaar niet ernstig opgevat. Bij de verkiezing op 3 mei 1847 waren zelfs alle negen uitgebrachte stemmen ongeldig. Zuinigheid De raadsvergaderingen kenmerkten zich in het bijzonder door grote eensgezindheid. Het voornaamste streven was zo weinig mogelijk geld uit te geven, teneinde de plaatselijke belasting zo laag mogelijk te houden, in ieder geval niet boven de 200,-

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 1998 | | pagina 30