Wonen en werken in 2010
aangebracht, te veel geschonden echter
om nog herkend te worden.'
De vier afgebeelde reliëfs stellen een
geleerde voor, een scharensliep, Koning
David en een houtkliever. Elk van de voor
stellingen is voorzien van een toepasselijk
kreupelrijm. De houtbewerker op de gevel
steen is bezig met een steek- of kerfbijl de
zijkanten van een balk af te kanten. Nor
maliter hoort bij deze handeling de plank
of balk los van de grond op kleine balkjes,
de zogenaamde ribben te liggen. Twee
Amsterdamse gevelstenen met houtbewer
kers tonen dit duidelijk aan.
Het bijzondere van deze gevelsteen is dat
de hakker van het reliëf zich heeft laten
inspireren door een tekening van Leonard
Bramer uit circa 1656-59 uit een serie van
66 beroepen (te vinden in het Prentenkabi
net van de Rijksuniversiteit Leiden). Het
was niet ongebruikelijk dat hakkers van
gevelstenen prenten en gravures als voor
beeld namen - er zijn tientallen voorbeel
den bekend - maar een gevelsteen naar
een tekening is iets uitzonderlijks. Tekenin
gen hadden door hun uniekheid niet die
bekendheid welke in oplage gedrukte
prenten wel hadden. Voor zover bekend
zijn de tekeningen van Bramer nooit in de
vorm van een prent uitgevoerd.
Rest natuurlijk nog de vraag hoe de Vlis-
singse gevelsteen in Amsterdam terecht is
gekomen. De steen is reeds lang uit Vlis-
singen verdwenen en het schijnt dat de
huidige eigenaar van het pand waar de
gevelsteen te vinden is, het reliëf om
streeks 1975 'ergens' op een veiling
gekocht heeft.
O.W. Boers
De heer Boers is secretaris van de Vereniging
Vrienden van Amsterdamse Gevelstenen.
Geraadpleegde bronnen:
- J. van Lennep en J. ter Gouw, 'De Uithangte
kens, in verband met Geschiedenis en Volksle
ven beschouwd'2 delen, Amsterdam 1868.
- O. W. Boers, 'De gevelstenen van Amster
dam', Amsterdam 1992.
- Gemeentearchief Amsterdam, Het gevelste-
nenschetsboek van Suasso (ca. 1870).
- O. W. Boers, 'Van Vliets beroepen in steen
verbeeld', in: Kroniek van het Rembrandthuis
9512, pag. 18-23. In dit nummer van de Kro
niek is de genoemde tekening van L. Bramer
afgebeeld.
Inleiding
Al sinds de vorige eeuw is Walcheren een
inspiratiebron voor kunstenaars. Aan het
eind van deze toekomstverkenning hoop ik
de vraag te beantwoorden of dit ook zo zal
blijven.
Hoe Walcheren er in 2010 uit zal zien weet
natuurlijk niemand; de toekomst blijft altijd
onzeker. Hoewel ik een beeld zal schetsen
vanuit bestaande beleidskaders van rijk en
provincie is dit een verhaal op persoonlijke
titel. Dit betekent niet dat dit een verhaal
wordt van hoe ik vind dat Walcheren er in
2010 uit zou moeten zien. Aan de hand
van een aantal reële vertrekpunten zal ik
een beeld schetsen van hoe Walcheren er