Bij een restauratie in 1924 werd de toren in zijn oorspronkelijke vorm teruggebracht. In 1834 kwam een nieuwe kerk in de Zuid straat gereed, die dienst heeft gedaan tot de verwoesting in 1944. De pastorie, behorend bij deze kerk en gereedgekomen in 1881, bestaat nog steeds en wordt thans door particulieren bewoond. Jan Campert, dichter van onder meer De Achttien Doden, werd in 1943 door de Duitsers gefusilleerd. Langs het zogenaamde kerkmuurtje ging het gezelschap vervolgens de Zuidstraat in. Op de hoek werd gewezen op een graf steen uit circa 1550, afkomstig uit de kerk, waaronder volgens de Westkappelse over- Aan de voet van de vuurtoren staan een kruis en gedenkstenen voor hen die tus sen 3 oktober en 1 november 1944 door oorlogshandelingen en door het water om het leven zijn gekomen (8 procent van de bevolking!). Op enige afstand bevindt zich een monument voor de negen mannen (zeven marinemensen en twee inwoners van het dorp) die op 16 november 1914 door een aangespoelde Duitse zeemijn, die tijdens het demonteren ontplofte, het leven lieten. Afzonderlijk staat een steen ter herinnering aan de huisarts Campert, die vele jaren geneesheer op het dorp was. Zijn zoon, levering een hondje begraven zou liggen! Via de voormalige Prot. Chr. School, opge kocht door de Duitse gemeente Mühlheim en omgevormd tot verblijfhuis en ont vangstcentrum, voerde de tocht richting Markt. In 1944 werd het dorp voor meer dan 80 procent verwoest. Hier en daar bleven gebouwen als door een wonder gespaard, zoals bijvoorbeeld de drie huizen uit circa 1680 aan de Markt, die tot 1931 eigendom waren van de ambachtsheer van West- kapelle, en bovengenoemde pastorie. Na de oorlog hielden de architecten van de Delftse School zich intensief bezig met

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 1998 | | pagina 41