voor de andere Vermeulen-tak gebouwd. Kennelijk hadden de Vermeulens de kop pen bij elkaar gestoken omdat het uit was met de zeilende beurtvaart. De 'Jeannette', oorspronkelijk groen van kleur, werd bij de verlenging wit geschil derd. Vanaf dat moment werd schipper Piet Vermeulen 'Witte Piet' genoemd. en te lossen. Vader was ook een goed zakenman. In tijden van slapte kocht hij soms complete ladingen op, zoals in Zee land hooi, stro of vlas, om dat in Antwer pen te verkopen. Andersom gebeurde dat ook met ladingen steen, hout, cement of andere bouwmaterialen. Waar hij maar wat halen of kwijt kon, daar voer hij heen. Hij De jaren dertig Jakoba Prince-Vermeulen (1920), de enige dochter van Andries: "Ik woonde bij mijn tante Cato in Middelburg. Alleen tijdens de vakanties en de paar dagen dat mijn ouders in Middelburg lagen, was ik aan boord. Zondags vertrokken ze altijd, weer of geen weer. In Vlissingen werd dan een gunstig tij afgewacht. Ze moesten altijd op maandag in het - nu gedempte - Zuider dok in Antwerpen zijn. Ze hadden meestal nogal wat goederen voor de 'Congo-boten' en die vertrokken altijd aan het begin van de week. Vanuit het Zuiderdok voeren mijn ouders dan door de havens om te laden Schipper Andries Vermeulen en zijn vrouw op het achterschip van de 'Maria Hendrika'. Gela den met vlas liggen zij in de jaren dertig een winter ingevroren hij de Stationsbrug te Mid delburg. (Foto coll. B. Leynse, Middelburg) was daarom ook fel gekant tegen de schippersbeurs (die voortvloeide uit de Wet op de Evenredige Vrachtverdeling van 5 mei 1933 - ARK). Dat was in zijn ogen iets voor 'luie' schippers. Een schipper die z'n vak verstond en het vertrouwen van z'n klanten had, kon altijd aan vracht komen, zo meende hij." Toch bleek de beurtvaart op Rotterdam

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2000 | | pagina 21