Van Arnemuiden dateert de hoogst beken
de stormvloedstand van 21 maart 1961
(nap +328 cm). Daarbij moet wel opge
merkt worden dat vóór 1958 de referenties
geen stormvloedstanden voor dit station
vermelden.
Te Vrouwenpolder werd de hoogste vloed
stand gemeten op 10 december 1965 (nap
De hoogste drie vloedstanden te Vlissin-
gen, volgend op die van 1 februari 1953,
kwamen voor op 12 maart 1906 (nap +392
cm), 30 januari 1877 (nap +385 cm) en 1
maart 1949 (nap +382 cm).
Over de gehele honderdjarige periode was
aan de kust van Walcheren 104 maal spra
ke van een regelrechte stormvloed, dat is
+338 cm). Ook daarbij moet opgemerkt
worden dat vóór 26 juni 1958, de datum
waarop de peilschrijver operationeel werd,
er geen betrouwbare getijgegevens
beschikbaar zijn.
Gedurende de periode van honderd jaar
waarin op Walcheren de waterstanden
werden gemeten, waren er enkele storm
vloeden van betekenis. Nemen we over die
periode de overschrijdingsgrens van hoge
stormvloeden voor het station Vlissingen
(nap +425 cm), dan constateren we dat
een dergelijk hoge vloedstand daar niet is
voorgekomen.
Peilschrijvershuisje bij Veere, 3 maart 1955.
(Foto RIKZ, Den Haag)
gemiddeld eenmaal per jaar. Uitschieter
was het jaar 1895 met zes stormvloeden,
terwijl opvalt dat in de jaren 1885 tot en
met 1893 slechts één stormvloed voor
kwam.
Zijn de extreem hoge waterstanden altijd
nadrukkelijker in beeld geweest, de zeer
lage waterstanden van de laagwaters ver
dienen evenzeer de nodige aandacht van
de waterbeheerders. Het station Vlissingen