mische omstandigheden en oorlogen
gedaald van circa dertigduizend op het
einde van de zestiende eeuw tot minder
dan tienduizend na de Franse Tijd (1795-
1814). Vele van de thans nog aanwezige
koopmanswoningen zullen daardoor waar
schijnlijk leeggestaan hebben of voor
andere doeleinden gebruikt zijn.
Het is gelukkig nooit zo'n drama geworden
als in Veere waar soms hele straten met
huizen afgebroken moesten worden en
waar het volgens de historieschrijvers als
gevolg van de massale ontvolking en leeg
stand beangstigend stil geworden was. Dit
zal te danken geweest zijn aan het feit dat
Middelburg een centrumplaats was met
verbindingen naar de rest van Zeeland en
Nederland, tot in het buitenland toe. Er
was toentertijd ook al heel wat industriële
bedrijvigheid, zoals houtzagerijen, bier
brouwerijen, een scheepswerf, chocolade
fabrieken, een steenfabriek en talrijke
ambachtelijke bedrijfjes (timmerlieden,
smeden, zadelmakers enzovoorts).
Landbouwgrond
Toen men er door het dempen van een
gedeelte van het Molenwater ineens een
grote lap grond bijkreeg die voor stadsuit
breiding niet nodig was, zal men er min of
meer toe genoodzaakt geweest zijn deze
tijdelijk te bestemmen voor land- en/of tuin
bouw. Het veld(je) zal niet voldoende mee
krap opgebracht hebben om de meestoof
van De Bruijne draaiende te houden. Daar
waren volgens productiecijfers van andere
meestoven ettelijke honderdduizenden
kilo's meekrap voor nodig. Vandaar dat er
enkele maanden voor de opening van de
meestoof, in september 1828, advertenties
in de Middelburgsche Courant (5 en 10
juni) verschenen waarin Walcherse land
bouwers aangespoord werden hun mee
krap te verkopen aan de nieuwgebouwde
meestoof in Middelburg.
Dat er niet alleen meekrap verbouwd werd,
bewijst een advertentie in dezelfde krant
waarin klavers te koop aangeboden wor
den "staande te velde op het Molenwater".
De klavers zullen goed van pas gekomen
zijn voor het voeren van de talrijke 'werk
paarden' die er in de stad waren bij de
stalhouderijen en slepersbedrijven. Moge
lijk is er ook nog wel eens gerst verbouwd,
een belangrijke grondstof voor de bierbrou
werijen. Misschien is er kool of prei geplant
voor de bevoorrading van de vele groente
handelaren.
Het is in onze tijd moeilijk voor te stellen
dat er op het Molenwater ooit eens mee
krap, klavers en andere land- en tuinbouw
producten gestaan hebben.
J. Kaljouw
Noten:
1. Over dit zverkhuis heb ik al eens eerder arti
kelen gepubliceerd in de Wete's van januari en
april 1997 (jrg. 26, nrs. 2 en 3).
2. Zie hierover meer in het artikel van Martin
van den Broeke, 'Twee stoven, Achttiende-
eeuwse meestoven bij Middelburg', in: De
Wete, 28e jaargang, nr. 2, april 1999.
Geraadpleegde bronnen:
- Zeeuws Archief, Archief Provinciaal Bestuur
Zeeland, 1813-1850, inv.nr. 321, relatiefnr.
4392, 28 april 1827.
- Zeeuws Archief, Zeeuzos Genootschap,
Zelandia lllustrata deel II, nr. 246.
- J. van Ham, 'Prentenboek van Middelburg',
Zaltbommel 1971.