kaart gebracht. De Westerschelde is een
belangrijk natuurgebied; daarom is een
milieuzorgplan opgesteld met richtlijnen
voor de werkzaamheden. Als het wrak
geheel of gedeeltelijk in de bodem ligt,
moet het eerst worden vrijgebaggerd. Lig
gen wrak of wrakresten eenmaal vrij, dan
wordt met groot materieel het wrak naar
boven gehaald. De wrakken of resten wor
den vervolgens geplaatst in een bak of op
een ponton. Aan de wal worden zij verder
verwerkt en afgevoerd volgens de milieu
voorschriften. De Meetinformatiedienst
gaat na of er nog stukken op de bodem
van de rivier zijn achtergebleven. Een aan
tal wrakken is afkomstig uit de Tweede
Wereldoorlog en het kan dus voorkomen
dat oude munitie zoals mijnen, granaten of
bommen tevoorschijn komen. In dat geval
worden experts van de Koninklijke Marine
ingeschakeld.
Als men bezig is met het opruimen van
een wrak, moeten uiteraard de nodige
maatregelen voor de veiligheid op het
water worden genomen. Dit om te voorko
men dat de scheepvaart op de rivier een
gevaar oplevert voor de bergers of zelf in
gevaar komt en bijvoorbeeld een aanvaring
veroorzaakt. Zonodig wordt de scheep
vaartregulering aangepast. Riviermeesters
en de Schelde-radarketen geven voortdu
rend en tijdig informatie en begeleiding.
Ook zijn er maatregelen nodig om de vei
ligheid op het land te waarborgen. Als er in
of bij een wrak explosieven of andere
gevaarlijke stoffen zijn aangetroffen, wor
den er onmiddellijk veiligheidsmaatregelen
voor omwonenden en recreanten op de
stranden getroffen. De Commissaris van
de Koningin in de provincie Zeeland heeft
daartoe een Permanente Begeleidings
groep Veiligheid ingesteld; dit met instem
ming van de betrokken burgemeester en
dijkgraven.
Ondanks het vrij technische onderwerp
van deze lezing wist de heer Van der Vlies
zijn gehoor zeer te boeien met allerlei
anekdotes en wetenswaardigheden. Hij
vertelde dat er in het deel van de Wester
schelde waar de baggerwerkzaamheden
plaatsvinden, geen wrakken zijn te vinden
uit de tijd van de Verenigde Oostindische
Compagnie.
In de wrakken die worden geruimd, wor
den soms wel persoonlijke bezittingen van
bemanningsleden gevonden. Het Stedelijk
Museum in Vlissingen heeft hieraan een
expositie gewijd. Een enkele keer worden
nog stoffelijke resten gevonden. Eventuele
nabestaanden worden hierover ingelicht en
waar nodig begeleid.
De heer Van der Vlies kon ook zeer onder
houdend vertellen over de strekking en
gevolgen van de Wrakkenwet uit 1934. Als
een schip is gezonken of gestrand dan tre
den de belanghebbenden (de eigenaar/
reder van het schip, de assuradeuren en
de beheerder van het vaarwater) meestal
direct met elkaar in contact. Een aantal
zaken zal moeten worden geregeld: is het
lonend het schip te bergen en zo ja door
wie, de verzekeringskwestie enzovoorts.
Komt men er niet uit, dan wordt het een
zaak voor juristen.
Een belangrijke rol speelt ook de beheer
der van het vaarwater. In Nederland is dit
Rijkswaterstaat. Zij heeft de mogelijkheid
een schip onder de Wrakkenwet te plaat
sen als het gevaar oplevert voor de
scheepvaart of voor de omgeving en het
milieu.
De Wrakkenwet regelt onder andere dat
niemand het schip mag betreden zonder