schoonvader, notaris Johannes Willem Ver hulst, die in het huis De Gouden Kroon op de Houtkaai woonde. De vijf huizen hebben iets van een vesting- wand, die een stad langs het water moest beschermen. De nummers 7 en 15 hebben vierkante torens die enigszins doen den ken aan een donjon of vestingtoren. Verder zijn de huizen in neorenaissance- stijl gebouwd, met enige kenmerken van Jugendstil, zoals een zuiltje met bladkapi teel bij de trapjes van de nummers 13 en 15. Ook hier zijn boogramen. De toegangspartijen van de huizen zijn opmerkelijk. Boven de deuren van de num mers 9 en 11 zit een klein afdakje met leien en op nummer 7 is een poortachtige toegang met aan de linkerkant daarboven een brede loggia. Op nummer 15 wordt door een gebroken trapje de ontoeganke lijkheid, als bij een vesting, onderstreept. Hoewel Goethals senior voor het grootste deel verantwoordelijk zal zijn geweest voor De Sprenck, is hier te zien hoe Goethals junior de door zijn vader gekozen weg heeft vervolgd. De gevelwand van dit gedeelte van de Loskade was, zoals oude ansichten laten zien, oorspronkelijk van baksteen en natuursteen. In latere jaren is de gevel geheel wit geschilderd. De huizenwand is door deze overschildering een blikvanger geworden voor degenen die via de Sta- tionsbrug de stad binnenkomen. Gortstraat 36, Agentschap van de Nederlandsche Bank Goethals kreeg in 1909 de opdracht op de plaats van twee gesloopte woningen het gebouw van het Agentschap van de Nederlandsche Bank met kluis te bouwen. Het is een fors gebouw met Berlagiaanse, Jugendstil- en renaissance-invloeden. Dat laatste is te zien aan de consoles onder de gootlijst. De voorgevel is opgetrokken uit Maulbronnen-zandsteen en nageperste klinkers op een plint van hardsteen. Het dak is met groene leien afgedekt. In de vestibule en hal zijn gekristalliseerde tegels en ook het glas-in-loodraam in het bovenlicht is geheel Jugendstil. Maar de binnenbetimmering doet aan Berlage den ken. Met een diepe en steile trap kom je in de kelder, waar de kluis is gevat in een betonconstructie, met daaromheen een vierkante ommegang. Bij notariële akte, op 30 december 1909, was Goethals junior inmiddels de enige fir mant van het bedrijf geworden. Op een andere plaats in Middelburg open den zich voor Goethals nieuwe mogelijk heden om te bouwen. Nadat de wallen op de bolwerken waren afgegraven, waren er wandelpaden ontstaan. Middelburgse nota belen werd nu de mogelijkheid gegeven om langs het wandelpad op het Noordbol- werk enkele villa's te bouwen. Noordbolwerk 19 en 21 In 1910 ontwierp en bouwde Goethals op de hoek tegenover de Theetuin de eerste twee aan elkaar gebouwde villa's, de num mers 19 en 21. De aangebouwde serres en de grote balkons zijn opvallend. Het grote zijraam met glas in lood in het trap portaal aan de zijkant van nummer 21 her innert aan De Sprenck. In dit hoekpand ging het gezin van de architect in 1920 wonen. Oostkapelle, Oude Domburgseweg 20, Villa Magnolia In 1910 ontving de architect de opdracht

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2001 | | pagina 21