Varende schilders in Veere Een praatje bij een plaatje Toen in 1961 de vissersvloot uit Veere ver dween, kopten de kranten: "Veere toekom stig watersportcentrum in de Delta." Zulke koppen suggereren dat er in Veere tot dat jaar nauwelijks of geen sprake was van watersport. Niets is echter minder waar. het getij en lagen er rustig. Veere had een zeer geschikte aanloophaven voor jachten afkomstig uit Engeland en vormde tevens een goede uitvalsbasis voor tochten over de prachtige, nog ongetemde Zeeuwse wateren. Reeds op het eind van de negentiende eeuw kwamen Engelsen en in mindere mate Belgen met hun jachten naar Veere. In de eerste helft van de twintigste eeuw nam het aantal watersporters dat Veere aandeed, geleidelijk toe. De hierbij afgedrukte foto van de binnen haven achter de Veerse sluizen, daterend uit de jaren dertig van de vorige eeuw, geeft hiervan een duidelijk beeld. Er is sprake van een gezellige bedrijvigheid. Veel Belgen, Engelsen en Hollanders meerden daar toen reeds af met hun jach ten. Soms lagen er wel zo'n veertig. Ze hadden er geen last van de invloed van rtj'ihiu/s /Vt't n Feestvreugde De schrijver en historicus Dirk Broeder (geb. 1906), jarenlang inwoner van Veere, wijdt in zijn boek Zwerftochten door Zee land (1949) een hoofdstukje aan deze eer ste jachthaven van Veere. Hij schrijft dat het daar achter de sluizen vaak een gezel lige boel was en illustreert dat met een verhaal uit de jaren dertig van de vorige eeuw. Het is de vermakelijke historie van de bemanning van de tot jacht omgebouw de Colchester viskotter CK 222 die, zee ziekte en ander ongemak trotserend, van uit Engeland de grote plas overstak. Men viert het heuglijke feit van de ondanks de

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2001 | | pagina 37