Over vissen
en kronieken
Speurtocht naar stranding grote
vis op Walcherse kust
lande in 1865 wel 1.949 gemeten en
42,1734 roeden groot was en dat dan tot
de "practische Blooische roede" zou om
rekenen omdat je van het verschil niet op
de hoogte was, zou je kunnen denken dat
het met het landverlies wel meevalt als je
de huidige grootte in hectares zou omreke
nen. Dus men moet ook weten om te kun
nen meten.
André Cijvat
In De Wete van januari 19971 schreef ik
een reactie op een eerder in het blad
gepubliceerd artikel over walvissen. Bij
deze reactie, getiteld 'Meer Walcherse wal
vissen' werd een vis afgebeeld op het
strand van Vlissingen, zoals deze is te vin
den op de Zelandiae Descriptio, de zestien-
de-eeuwse panoramakaart van Walcheren
gemaakt door Antoon van den Wijngaerde.
Deze afbeelding is een van de oudst
bekende Zeeuwse walvis(?)strandingen.
Helaas is er tot nu toe weinig bekend van
de stranding van deze vis op de Walcherse
kust en het jaar waarin dat gebeurde. A.H.
van Dijk vroeg zich in De Wete van okto
ber 1993 ook al af waarom Van den Wijn
gaerde de vis op het panorama afbeeldde.2
Onderzoek
Ik heb verder gespeurd in oude kronieken
om te achterhalen of op het moment dat
Van den Wijngaerde het panorama maak
te, er daadwerkelijk een (wal)vis op de
kust van Walcheren was gestrand.
Allereerst heb ik gezocht in de Nieuwe
Cronyk van Smallegange uit 1695. Tot mijn
beschikking stond de herdruk van 1965. Er
is in de kroniek een flink stuk ingeruimd
over het onderwerp de zee, om precies te
zijn van pagina 173 tot en met pagina 195.
In de bijlage van de heruitgave staat bij de
verantwoording dat de "herdruk langs foto
mechanische weg tot stand is gekomen,
waardoor deze niet afwijkt van de oor
spronkelijke uitgave. Dat betekent dus dat
enerzijds de drukfouten van deze uitgave
zijn overgenomen, maar er anderzijds
geen drukfouten bij zijn gekomen."
Tot mijn schrik stond op pagina 180 iets
heel anders dan te verwachten viel. Wat
bleek? Het was eigenlijk pagina 280, maar
deze was genummerd als pagina 180.
Navraag leerde dat dit ook bij de herdruk
ken van 1976 en 1978 het geval was. Uit
het onderzoek van Piet Verkruijsse3 blijkt
dat nog ruim tien procent van de oorspron
kelijke oplage van 1.500 stuks bewaard is
gebleven. De oorspronkelijke pagina 180
moet dus nog te achterhalen zijn.
Door bemiddeling van Jan Roose uit Kou-