Wegens moord te Oostkapelle werd de man in 1507 veroordeeld tot een bede vaart naar "Sinte Pieters en sinte Pauwels ten hoogen Roome". In 1511 werd opnieuw een man veroor deeld wegens overspel. Hij moest een bedevaart maken naar "Sint Thomas te Cantelberghen int conyncrijck van Inge- lant" (Canterbury, Engeland). Een zekere Joris, bakker van beroep, had in 1513 de weegmeester van het brood beledigd. Joris werd onder meer veroor deeld om tussen nu en morgenavond (het vonnis werd 18 maart 1513 uitgesproken) een bedevaart te maken naar "Onser Lie ver Vrouwe in den poldre" (Vrouwenpol der). Na terugkeer moest hij de weeg meester, Cornelis Bouwens, in tegenwoor digheid van baljuw, burgemeesters en schepenen, vergiffenis vragen. In 1519 werd een man tot een aantal bedevaarten veroordeeld wegens dood slag. Hij moest onder meer een strafbede- vaart maken naar "Onser Liever Vrouwe in den poldere" (Vrouwenpolder). Daar moest hij in de kerk een heilige mis laten lezen. Deze mis moest hij geknield bijwonen en een kaars van een half pond was zou hij offeren tot lafenis van de ziel van de dode. Verder moest hij nog een strafbedevaart maken naar "Onser Liever Vrouwen tot Nyeu Vlissinghe" (Nieuw Vlissingen). De vader van de dode mocht voor het zielen heil van de dode een bedevaart maken naar Santiago de Compostela. Twee inwoners van Arnemuiden werden in 1522 veroordeeld tot het maken van een bedevaart naar "Onze Lieve Vrouwe van den Polder" om daar ieder een kaars van een half pond was te offeren. Ze hadden geweigerd lid te worden van het schutters gilde van Sint Sebastiaan in Middelburg. Een inwoner van Middelburg, die deken van de schippers in Arnemuiden was, werd in 1525 veroordeeld. Wegens het in beslag nemen van een schip moest hij een bede vaart maken naar "Onze Lieve Vrouwe in den Polder". Wegens oproerig gedrag en belediging van de magistraat werd in 1531 iemand voor drie jaar verbannen en moest hij een bedevaart maken naar "ten heyligen drie coninghen rustende tot Cuelen" (Keulen). Een vrouw die haar buurman had belas terd, werd in 1536 veroordeeld om God, het gerecht en de tegenpartij vergiffenis te vragen, en daarna blootsvoets een bede vaart naar "Onze Lieve Vrouwe in de Pol der" te maken. Daar moest ze een kaars van een half pond was offeren. In 1539 werd iemand veroordeeld wegens een niet omschreven delict. Hij moest een bedevaart maken tot "onse lieve vrouwe inde poldere" en drie karolusguldens beta len. Tussen 1543 en 1552 wordt een drietal niet-omschreven delicten genoemd. Elk vonnis luidde: maak een bedevaart "tot onser vrouwen inde polder". Bij twee van de drie vonnissen moest men ook nog zes karolusguldens boete betalen. Blasius Eewouts werd in 1567 veroordeeld omdat hij, getrouwd zijnde, zich in een bor deel had opgehouden. Hij moest een bedevaart maken naar "Onze Lieve Vrou we in den polder". Uit de bovengenoemde vonnissen blijkt dat Vrouwenpolder nogal eens door gestraften werd bezocht. En dan gaat het hier alleen nog maar over veroordelingen vanuit Veere en Middelburg. Zierikzee noemt 36 strafbe- devaarten met bestemming Vrouwenpol der.

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2002 | | pagina 34