Stuart, de vertegenwoordiger van de
Schotse inwoners van Veere, schreef aan
het stadsbestuur. Ze mochten dan wel
minder belasting betalen, maar waren voor
hun dagelijkse boodschappen veel duurder
uit dan de Veerenaren. Aten de Zeeuwen
spek, gort, pap en groente, bij een Schot
moest een goed stuk vlees op tafel staan.
De cisterne, een waterput bestemd voor de
Schotse inwoners van Veere. Een foto uit ca.
1900. (Zeeuws Archief, Zeeuws Genootschap,
Zelandia Illustrata deel II, nr. 1078)
Dronken de Veerse inboorlingen voor de
goedkoopte thee en bier, een Schot had
liever melk en suiker in thee.
Ondanks deze verschillen in cultuur en
eetgewoonten leefde er in de periode
1444-1799 een groot aantal Schotten in
Veere. In de archieven van de kerk, de
stad en de rechtbank kunnen verhalen
worden opgediept die ons een beeld
geven van deze vreemdelingen in Veere.
Reeds vanaf haar ontstaan aan het einde
van de dertiende eeuw trok de stad Veere
handelaars aan. Met een haven aan zee
en onder de bescherming van de machtige
heren van Borsele kon Veere in de vijftien
de eeuw uitgroeien tot een internationale
handelsstad, die zich kon meten met plaat
sen als Amsterdam en Rotterdam. Uit
diverse bevrachtingscontracten blijkt dat er
vanaf 1400 regelmatig sprake was van
Schotse handelaars die hun goederen in
Zeeland afzetten.
Het was zaak om handelsrechten te
bemachtigen. Zo had Middelburg het recht
dat alle Franse wijnen bestemd voor de
Nederlanden in deze stad verhandeld
moesten worden. Dordrecht was de enige
plaats waar men terecht kon voor hout uit
Duitsland. Veere had echter niets en keek
met begerige ogen naar Brugge, waar alle
Schotse goederen werden verhandeld.
Een eerste aanzet om deze handelsrech
ten over te nemen was het huwelijk in
1444 tussen Wolfert van Borsele IV en de
Schotse koningsdochter Mary Stewart. Zij
kwam wonen op het kasteel Sandenburgh.
Zij had nog drie zusjes en van hen is
bekend dat zij intelligent waren en gedich
ten schreven. Op 20 maart 1465 stierf
Mary plotseling op kasteel Sandenburgh,
waarna ze "met grote eerbied in het koor
van de Grote Kerk" werd begraven.
Om de handelsrechten te verkrijgen maak
te de Veerse adel dankbaar gebruik van
haar positie als opperbevelhebber van de
oorlogsvloot en ondernam ze goodwill-reis-
jes naar Schotland. Ook toen bediende
men zich al van 'relatiegeschenken', maar