Kleine Abeele k De geschiedenis van een boerderij op de grens van vier gemeenten De boerderij Kleine Abeele is gelegen in het uiterste puntje van het grondgebied van de voormalige gemeente Ritthem, daar waar de grenzen van de (voormalige) gemeenten Middelburg, Koudekerke, Oost en West-Souburg en Ritthem bij elkaar ko men. Door de gemeentelijke grenswijzigin gen in het verleden ligt de boerderij nu op het grondgebied van de gemeente Middel burg, vlak achter de woonwijk Reyershove. De huidige hofstede is gebouwd in de jaren vijftig van de vorige eeuw, nadat in 1943 de oude hofstede inclusief de bijbe horende opstallen door Engelse brisant bommen geheel in de as gelegd was. Volgens een rapport van 11 maart 1946, dat werd opgesteld door de Schade- enquêtecommissie, het Kadaster en de Dienst Landbouwherstel Bureau Wederop bouw Boerderijen, was de woning gebouwd omstreeks 1770 en de koestal met schuur omstreeks 1840, terwijl de var kensstallen, de bakkeet, de wagenschuur, de bergplaats, de kalverstal en het kippen hok van latere datum waren. Een bijbeho rende tekening is niet geheel waarheids getrouw. In 1943 waren er koeien, ander groot- en jongvee, paarden, varkens en schapen op het bedrijf. Thuynenburg In een schepenakte van 28 juli 1649 geeft Pieter Adriaans Cramer, "woonende in de prochie van Welsinge tot Cleene Abeele", zijn huis, hofstede en boomgaard gelegen in de parochie van Welsinge in het Willem Hugo Lemsblok, waar hij "comparant" op woont, groot in "eigen erve 2 gemeten en 28 roeden" (ruim 0,8 hectare), als waar borg voor het moederlijk erfdeel aan zijn dochter Jaquemijntje Pieters Cramer. Dit is de eerste duidelijke aanwijzing dat op die plaats een hofstede aanwezig is. In de jaren daarna wordt de hofstede meerdere malen verkocht en het grondbe zit uitgebreid tot 9 gemeten en 155 roeden (ruim 3,5 hectare). Zo treffen we in 1726 Daniel Tuineman aan, afkomstig uit Middel burg. Aangezien hij al land pachtte van de Godshuizen te Middelburg, gelegen in de Hayman ten oosten van de Kleine Abee le), kan worden aangenomen dat Tuine man op de hofstede woonde. Hij noemde zijn eigendom Thuynenburg. Deze naam is ook terug te vinden op de kaart van Wal cheren van de gebroeders Hattinga uit 1750. In 1751 verkoopt Tuineman de hof stede met toebehoren aan Machiel Step en diens huisvrouw Soetie Janse Stevens, eerder weduwe van Engelbertus Baayens. Dit echtpaar koopt nog meer land aan zodat, wanneer (stief)zoon Joos Baayens zijn erfdeel krijgt, het grondbezit ruim 30 gemeten bedraagt. Joos Baayens trouwt omstreeks 1766 met Jannetje Tapper. Zij komt van de hofstede Bossenburg. Door erfenis en aankoop van de schoonfamilie komen er zo'n 22 geme ten bij. Uit dit huwelijk worden twee kinde ren geboren, een dochter en een zoon. Dochter Adriaantje huwt in 1788 met Jacob Reyers. Na het overlijden van Joos Baayens wordt de erfenis verdeeld. Het echtpaar Reyers-Baayens woont op de hofstede Thuynenburg, waarvan zij voor de helft eigenaar zijn. De andere helft is eigendom van broer Engel Baayens. Deze verkoopt zijn deel aan P. Bos, na wiens overlijden diens bezittingen te koop wor den aangeboden.

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2002 | | pagina 16