opleiding mulo, hbs, kweekschool en der gelijke. Afhankelijk van de vooropleiding, de test en het oordeel van de commandant werd men aangewezen voor de officiers- danwel de onderofficiersopleiding. De officiersopleiding (ca. vijftig man) was gelegerd in het uit 1949 daterende kazer negebouw aan de Korte Noordstraat, de aspirant-onderofficieren (zoals ik) woonden in de kazerne aan de Koningstraat. Na aankomst werden de slaapzalen (ca. dertig man) en bedden toegewezen. Ook werden de klassen ingedeeld en werd een klassenoudste aangewezen. De emblemen van het oude regiment wer den vervangen door de papyrusbloem van de militaire administratie en de kraagpun ten werden van oranje (officiers-) of blau we (onderofficiersopleiding) driehoekjes voorzien. Het omwisselen van emblemen en dergelijke gebeurde op de zogenaamde rustkamer, het domein van de foerier. Daar lagen talloze uitrustingsstukken, variërend van baretten tot naaizakjes, in totaal ruim honderd artikelen. Ik kwam in juli 1952 met twintig man van het regiment Stoottroepen, waar het hele dagen exerceren, schieten en velddienst was geblazen. In Middelburg kreeg ik het gevoel in een herstellingsoord te zijn be land. We kregen matrassen in plaats van strozakken en het etensblikje werd vervan gen door een bord aan een gedekte tafel. De eerste dagen was het wennen, omdat de COAK'ers afkomstig waren van allerlei regimenten uit heel Nederland en het saamhorigheidsgevoel nog ontbrak. Leerstof De dag na aankomst begonnen de lessen. Na het ochtendappèl en het ontbijt mar cheerden we onder leiding van de klassen- oudste naar het schoolgebouw. We zoch ten het juiste lokaal op en wachtten op de leraar. Bij diens binnenkomst gingen we eerst in de houding staan, daarna meldde de klassenoudste de klas aan en dan kon den we gaan zitten. We kregen onderwijs in technische en militaire vakken. Geestelij ke verzorging gaf de 'aal', legerpredikant COAK'er Jules Braat, 10 januari 1953. (Coll. J. Braat) Van der Werf, en we kregen ook nog les in gezondheidszorg. In het leslokaal voelde je je weer hbs'er. Er waren boeiende leraren met sterke verha len, maar er was ook een oude adjudant bij wie je in slaap viel. Ordeproblemen waren er niet. Je keek wel uit! Het kon je je weekendverlof kosten. Vooral de vaktechnische onderdelen verg den de nodige studie. We startten op nul en werden in zes tot zeven maanden

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2002 | | pagina 7