met de kruittoren, de soldatenhuisjes, het
Arsenaal, het commandantslogement en
het 'straatje van Loevestein' vormen een
dorpje op zich. Het kasteel heeft zijn mid
deleeuwse uiterlijk goed behouden en is
niet uitgebouwd tot een weelderig lustslot.
Op de terugweg wachtte ons in restaurant
De Grevelingen een smakelijk diner. Over
het water hadden we een prachtig zicht op
de ondergaande zon. De voorzitter van
onze kring, de heer H.J. Vader, bedankte
de ieden van de activiteitencommissie, Els
van Fraassen, Leo de Coninck en Hans
Jebbink, hartelijk voor de organisatie van
deze geslaagde dag. Zij ontvingen onder
applaus van de deelnemers een attentie.
Persoonlijk heb ik erg genoten van deze
dag. Steeds weer slaagt de activiteiten
commissie erin een boeiende dag aan de
leden van onze kring voor te leggen. Je
komt zo op plaatsen waar je normaal aan
voorbij zou gaan of die je met andere ogen
leert zien. De toelichting tijdens de reis van
Leo de Coninck heeft daar ook zeker toe
bijgedragen.
L.J.S.
De schilderes Claire Bonebakker
Op woensdag 30 oktober 2002 wist,
ondanks het herfstweer, een vijftigtal leden
en belangstellenden de weg te vinden
naar de Nederlands-hervormde kerk in
Domburg, waar een lezing werd gehouden
over de schilderes Claire Bonebakker.
De Heemkundige Kring Walcheren organi
seert jaarlijks een 'bijeenkomst op lokatie'
en ditmaal was dus gekozen voor een
combinatie: de lezing door Ite Rümke, een
nicht van de schilderes, in de kerk en aan
sluitend een bezoek aan de tentoonstelling
in het museum Marie Tak van Poortvliet.
Ite Rümke hield een boeiende inleiding
over haar tante Claire, de enige en oudere
zuster van haar moeder. Ite Rümke is
tevens auteur van het boek over de schil
deres, Zonder kleuren kan ik niet leven.
Clara Johanna Bonebakker werd op 1 mei
1904 in Soerabaja, Indonesië, geboren in
een rijk, koloniaal gezin. Later, toen haar
schilderscarrière vorm kreeg, ging ze zich
Claire noemen. Haar ouders waren zeer
verguld met hun eerste kind, waarop zij
zeven jaar hadden moeten wachten. Toen
zes jaar later een tweede kind werd gebo
ren, Claire's zus Annie (en de moeder van
mevrouw Rümke) waren de ouders minder
enthousiast.
In 1915 verhuisde het gezin Bonebakker
naar Amsterdam, waar vader directeur
werd van de Koloniale Bank, later de Cul-
tuurbank geheten. Op de middelbare
school werd Claire's tekentalent ontdekt en
ze kreeg extra tekenlessen, maar daar
bleef het voor dat moment bij.
In 1923 stierf haar moeder en Claire werd
de steun en toeverlaat van haar vader.
Vader en dochter waren dol op elkaar en
alles wat zij deed werd door haar vader
goed gevonden. Bovendien leek het erop
dat geen enkele man aan 'pappie', zoals
ze hem noemde, kon tippen. Ze bleef in
superlatieven over hem spreken tot op
hoge leeftijd en een zelfgeschilderd portret
van haar vader hing boven haar bed toen
ze stierf.
Eind 1925 trouwde Claire voor de eerste
maal en pas toen het huwelijk na enkele
jaren strandde, begon ze aan haar schil
derscarrière. Ze kreeg privéles van een
hooggeleerde schilder in Dresden, Ernst
Dietze, en kreeg de beschikking over een
zogenaamd Meisterschüler-atelier.