Over centen en spiekers Bespiegelingen bij oude rekeningen van een smid wijziging van de plannen. Helaas! In De Faam werd melding gemaakt van het feit dat op 24 mei 2000 een sloopvergunning was verleend, waartegen uiteraard bezwaar kon worden gemaakt. Dit laatste bleek overbodig. Reeds enkele dagen daarna gaf de ondernemer de opdracht de gevels te slopen en tot puin te verwerken. In een brief aan B&W uitte ik mijn veront waardiging. Volgens ons bestonden er immers geen planologische bezwaren. En wij hadden slechts het behoud van het dorpsgezicht voor ogen. Uit de handelwijze van de gemeente sprak een grenzeloze minachting voor de demo cratische rechtsorde en voor burgers die er een andere mening op nahouden. Ons rest dus slechts een mooie herinnering en een afbeelding. Op 3 augustus 2002 berichtte de PZC dat de Zeeuwse afdeling van Heemschut de verschillende gemeentebesturen heeft ver zocht historische gebouwen zo snel moge lijk op een gemeentelijke monumentenlijst te plaatsen. Een prima initiatief, maar of onze bestuurders daar iets mee doen? "Help, ze verpesten ons land", verzuchtte Ton Koot, en gelijk had hij. Maar wie zijn 'ze'? Richard Struijk I?— Schreef ik in 1991 over mijn belevenissen als zoon van een smid, nu wil ik iets vertel len hoe het mijn grootvader is vergaan in diezelfde smederij op Brigdamme.* Het idee hiertoe kwam bij me op doordat mij enige rekeningen ter hand werden gesteld, die mijn grootvader heeft uitge schreven in 1897 en in 1902 ten name van M. Gilde wegens geleverde materialen en werkzaamheden. Voor lezers die niet bekend zijn met de plaats van handelen: de smidse stond op de Noordweg in Brigdamme (tussen Mid delburg en Sint Laurens), in het pand waar nu een klokkenmaker zijn bedrijf uitoefent. M. Gilde woonde op de boerderij tegen over de molen van Sint Laurens, waar nu nog steeds ene familie Gilde woont. Vast en zeker een achterkleinzoon. Grootvader Hillebrand, woonachtig op West-Souburg, was werkzaam geweest in de scheepsbouw in Vlissingen. Omdat de arbeiders toen per dag in de kroeg buiten de fabriek werden uitbetaald en er dienten gevolge veel misstanden ontstonden, zocht hij zijn heil in het kleinere particuliere werk. Aldus zag hij kans een smederijtje over te nemen van een weduwe die geen moge lijkheid zag haar zaakje draaiende te hou den.

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2003 | | pagina 20