óf les kreeg van bijvoorbeeld de dorpson
derwijzer óf dat zijn zonen, die inmiddels
de lagere school in de Van Cittersstraat in
Sint Laurens bezochten, hem enige kennis
van de Nederlandse taal hebben bijge
bracht. Zijn grammatica is in 1902 namelijk
beter dan in 1897 en bovendien is zijn
handschrift sierlijker.
kabinet. Een smid was als technisch man
meestal een alleskunner als het maar met
metaal te maken had.
Prijzen
Kostten in 1897 twee nieuwe hoefijzers,
plus de verrichtte arbeid slechts 70 cent, in
1902 was datzelfde karwei verhoogd tot 75
/V
/J
$0
rC/k/Z yy
Spelling
Eind negentiende eeuw heeft
grootvader ijzerwerk "ver
zwaart" en "gerepareeert" (12
januari) en heeft hij hoefijzers
"verleidt" (24 mei) en aan een
watertobbe werd een band
"geleidt" (19 oktober). Maar in
het begin van de twintigste
eeuw schrijft hij met fraaie
halen dat er een nieuwe band
aan een botertobbe is "gelegd"
(14 januari) en twee hoefijzers
zijn "verlegd" (27 augustus);
verder is het ijzerwerk aan het "kaarma-
chien verzwaard" (14 november), terwijl op
12 januari 1897 datzelfde ijzerwerk van het
"kaarnmachien" werd "verzwaart".
Wel is duidelijk dat hij een echte Zeeuw
was, want op 4 en 27 maart levert hij nog
twee nieuwe hoefijzers met "schroefhaten".
Ik neem aan dat er in de hoefijzers
schroefgaten waren aangebracht om de
paarden, indien nodig, 'scherp te zetten'
met ingeschroefde 'scherpnagels', ook wel
kalkoenen genaamd. Vermoedelijk is er
een strenge en lange winter geweest, want
het was tenslotte al maart, terwijl hij op 6
en 13 februari reeds twee paarden had
scherpgezet.
Echt Zeeuws werk is er ook nog op 30
augustus 1897 verricht: hij produceerde
een nieuwe "steuter" op het slot van het
Pc-*? (z/y*aa
JL
-/
f'-*r
Q
ff-**
Jl f
- ***..-
34-
Z>
0/f-
Y"
,3*
Het bovenste deel van de rekening uit 1897.
cent. Wat zullen de paardeneigenaren toen
gemopperd hebben.
Opvallend is dat elk karwei, groot of klein,
een veelvoud van vijf cent, oftewel een
stuiver, kostte. Blijkbaar werd er in die tijd
alleen met stuivers gerekend, want de
omzetbelastingzegel kostte ook vijf cent. Ik
heb wel eens de uitdrukking van iemand
gehoord die in de negentiende eeuw was
geboren: "Daer is niks van vuuf cent bie."
Houweel
Ook attendeer ik de lezers op 22 april
1897. Dan is er een "terfhouweeltje ver-
meest" en op 20 september zelfs een sla
gerskapmes. Dat terfhouweeltje was een
wiedijzer op een lange steel waarmee in