gewond, vermist of gedood. De helft van hen waren Britten en soldaten van het Gemenebest. Men vindt hun namen op duizenden grafstenen en op de panelen van Missing Memorials. De Britten liggen begraven op meer dan 170 kerkhoven rond leper. De Duitsers hebben vier grote begraafplaatsen in de Westhoek en de Fransen en Belgen hebben hun soldaten op enkele begraafplaatsen en kerkhoven in de streek begraven. "In Flanders fields the poppies blow, between the crosses, row on row that mark our place", dichtte de Canadese legerarts John McCrae in 1915. De rode poppy of de papaver, klaproos of kolle- bloem werd dan ook het symbool van dit onnoemelijke lijden. Sporen van de Grote Oorlog zijn na meer dan tachtig jaar nog altijd in het landschap aanwezig. Munitie uit '14-18' komt nog steeds aan de opper vlakte bij veldbewerking en bouwwerken. Jaarlijks wordt in de Westhoek meer dan tweehonderd ton oude munitie verzameld, waarvan twintig ton chemisch oorlogstuig. Ook menselijke resten worden nog steeds gevonden. Zo blijft de oorlog er voortduren. Het strekt te ver om in dit verslag het hele verloop van deze vreselijke oorlog te beschrijven. Ik raad u dan ook aan de stad leper eens te bezoeken, en dan zeker het In Flanders Fields Museum in de Laken hal, een museum dat de bezoeker mee neemt naar leper en de Westhoek, naar een van de donkerste periodes uit de men selijke geschiedenis: 1914-1918, de Grote Oorlog, "the war to end all wars". In het museum ontmoet je de gewone mannen en vrouwen die deze oorlog beleefden, die vochten, gewonden verzorgden, probeer den te overleven, burgers en soldaten, jong en oud, vriend en vijand, zonder onderscheid van rang of stand. De ellende in de loopgraven, de wanhoop van het ver plegend personeel, de talloze doden en gewonden, de chloorgasaanvallen, de totale verwoesting van de stad, alles wordt op boeiende wijze in beeld gebracht. De boodschap is duidelijk: in een oorlog ver liest iedereen. De imposante Lakenhal van leper is na de Eer ste Wereldoorlog in zijn volle glorie hersteld. Het 'In Flanders Fields Museum' is hier geves tigd. (Foto Leo Hollestelle) Ons gezelschap uit Walcheren werd die zaterdagmiddag onder een stralende zon opgewacht door vier gidsen, die een inte ressante rondleiding verzorgden. Wij wer den daartoe opgedeeld in een viertal groe pen. Daarnaast bracht een klein aantal deelnemers een bezoek aan het museum.

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2004 | | pagina 43