graven van Vlaanderen steunen de paus en de gregoriaanse ideeën. Ook graaf Floris II van Holland steunt de pauselijke partij, evenals later zijn weduwe, gravin Petronella, die na zijn dood in 1121 het graafschap als voogdes regeert. Het komt tot een confrontatie tussen het keizersgezinde Utrecht en de pausgezin- den, wanneer de gregoriaansgezinde pre diker Tanchelm, eerst met steun van de graaf van Vlaanderen, zijn ideeën in Zee land komt verkondigen. Hij roept de bevol king op geen tienden meer aan de Utrecht se kapittels te betalen en zijn volgelingen overvallen zelfs de tiendschuren van het kapittel van Sint Pieter en verjagen de dienstdoende priester vermoedelijk uit de Noordmonsterkerk in Middelburg. De predi king van Tanchelm krijgt steeds meer ket terse trekken en na zijn dood in 1115 ver liest zijn beweging steeds meer de steun van de pausgezinde partij, vooral die van de graaf van Vlaanderen. In 1114 is in Utrecht een nieuwe bisschop, Godebold, aangetreden, die meer gregoriaans gezind is. Hierdoor verbetert het contact tussen de bisschop van Utrecht en de graven van Vlaanderen en Holland. In deze periode sticht in 1123 een zekere Albald, tot dan toe proost van het reguliere kapittel van Voormezeele in Vlaanderen, bisdom Ter- waan, een proosdij van reguliere kanunni ken op Walcheren. Albald speelde in Vlaanderen een rol in de gregoriaanse hervormingsbeweging. Onder zijn leiding was het kapittel van Voormezeele omge vormd van een seculier in een regulier kapittel. Een seculier kapittel is een gemeenschap van kanunniken, die leven volgens een niet al te strenge regel uit de negende eeuw, terwijl de kanunniken van een regulier kapittel een veel strengere regel volgen. Een regulier kapittel gaat meer in de richting van een klooster. Waarschijnlijk hebben zowel bisschop Godebold als de graven van Vlaanderen en Holland meegewerkt aan de stichting van de proosdij. Kort daarna, voor de dood van bisschop Godebold in 1127, ging de Middelburgse reguliere proosdij over naar de eveneens gregoriaans georiënteerde norbertijner of premonstratenzer orde. Dit was een kort daarvoor ontstane klooster orde van reguliere kanunniken, en zo ont stond een dochterklooster van de in 1124 gestichte Sint-Michielsabdij in Antwerpen. Zeer waarschijnlijk is Albald de eerste nor bertijner abt van de abdij geweest. Hij is in 1130 overleden. De stichting van de nor bertijner abdij in Antwerpen was vooral bedoeld om het Tanchelmisme te bestrij den dat in die tijd zowel in Antwerpen als in Zeeland nog steeds springlevend was. Bisschop Godebold droeg de norbertijnen op overal in Zeeland te preken. Bovendien schonk hij de abdij een aantal eigenkerken om hen zo directe invloed te geven op de parochiële zielzorg. Het bovenstaande is ook van belang voor het patronaatsrecht over een parochiekerk. De bezitter van dat recht, de patroon, heeft het recht iemand voor de post van paro chiepriester voor te dragen bij de bisschop van het desbetreffende bisdom. Bovendien heeft de patroon het recht deze priester in het bezit te stellen van de priesterlijke pre bende, de materiële inkomstenbronnen, terwijl vervolgens een vertegenwoordiger van de bisschop de priester bekleedt met de geestelijke waardigheid, de zielzorg. Voor de dertiende eeuw spreekt men ook van eigenkerkrecht en van een eigenkerk, termen die laten zien dat men oorspronke lijk de patroon als bezitter van de paro-

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2004 | | pagina 47