|Sj S pp
nen had ontwikkeld, werd langzamerhand
door eenzame schapenboeren in gebruik
genomen. De schapenteelt is zeer lucratief
geweest, de wol leverde een groot surplus
op waarmee luxe goederen aangeschaft
konden worden.
Tussen 550 en 850 ontstonden in de dui
nen ook rijke handelsnederzettingen, bij
Domburg (Walichrum) en in de Kop van
Schouwen (Scalthiem). In 695 zou Willi-
brord een bezoek gebracht hebben aan
Walichrum en er een heidens afgodsbeeld
hebben vernield. Toen had de nederzetting
net een explosieve groei doorgemaakt en
was de meest bezochte handelsplaats van
West-Europa geworden. In die tijd was er
geen sprake van vrij handelsverkeer. Hof
leveranciers van de koning bepaalden hoe
de (vaak prestige-jgoederen van de han
delaars (voornamelijk Friezen) geruild en
verdeeld moesten worden. De eigen aan
hang werd hierbij bevoordeeld om een net
werk te creëren van loyale plaatselijke
machthebbers. Het goederenverkeer op
lange afstand werd gestimuleerd door de
enorm verspreid liggende bezittingen:
schapenweiden en hofsteden. Uit vondsten
die in de loop der tijd zijn gedaan op het
strand bij Domburg en in de duinen van
Schouwen, kunnen we de rijkdom van de
nederzettingen aflezen. Het bij Domburg
gevonden sceatta-type (meer dan duizend
stuks!) beslaat de helft van het totaal van
wat in Nederland bekend is en zelfs tot in
Denemarken is aangetroffen. Sieraden,
gebruiksvoorwerpen, aardewerk: het was
er in overvloed. Deze rijkdom bleef bij
kwaadwillende lieden natuurlijk niet onop
gemerkt.
Vanaf 834 was West-Europa bijna jaarlijks
doelwit van de vikingen en in 837 lieten ze
voor het eerst ook hun oog op Walcheren
vallen. Inmiddels had Dorestad (bij Wijk bij
Duurstede) de positie van Domburg over
genomen, maar door alle plunderingen
ging daar in 863 het licht uit.
Tijdens mijn presentatie waren ook diverse
contemporaine muziekfragmenten te
horen, zoals een klaagzang van een Ierse
monnik uit 814 op de dood van Karei de
n
- VV«
I' -Wv:,
v.o: f-