Reacties den er twee vlaggen: één op de oever en één bij de juiste paal op het strand. Aan die paal werd ook de 'stantielijn' (van 'dis tantie'?) vastgemaakt. Dit was een dunne staaldraad, om de vijf meter voorzien van een merkleertje. Een (roei)boot voer dan 'met de twee vlaggen in elkaar' recht uit de kust, waarbij de man aan de stantielijn de afstanden afriep. Op dat moment werd de diepte gepeild en afgeroepen en dan genoteerd. Op die manier kreeg men het verloop van de oever op papier en kon men (jaarlijks) zien of dat aan verandering onderhevig was. Het peilen moest tijdens de kentering op laagwater (doodtij) gebeuren omdat anders de stroom te sterk werd en het 'lood' te ver weggezet werd door de stroom, waarbij dus niet meer loodrecht gepeild kon wor den en dus geen juiste waarde werd ver kregen. Tegenwoordig doet men dat met echopeilingen en de plaatsbepaling met behulp van satellieten en kan men dus on afhankelijk van de stroomsnelheid peilen." De heer Dijkstra heeft zelf ook nog verder gezocht naar het antwoord op zijn vraag. In de volgende Wete zal hij vertellen over wat hij heeft gevonden. Jo Verlinde Op de voorkant van de april-Wete staat volgens de toelichting op pagina 1 het echtpaar Hein en Jo Verlinde afgebeeld. De heer A.J. van Wel uit Rijsbergen weet echter te vertellen dat het niet mevrouw Verlinde is die op foto staat maar mevrouw M. Bommeljé-Wisse uit Sint Laurens. De heer Van Wel heeft dezelfde ansicht kaart in zijn bezit en hij en zijn vrouw vroe gen zich al die jaren af wie die onbekende man was met wie mevrouw Bommeljé op de foto staat. Het echtpaar Van Wel heeft tot 1984 in Sint Laurens gewoond en zij hebben mevrouw Bommeljé gekend. Waar om zij op die foto met de Veerenaar Hein Verlinde poseert, is hen onbekend. Arnemuidse vissers in Veere De heer C. Leeman heeft het verhaal van J.D. de Voogd in de april-Wete over de Arnemuidse vissers in Veere met rode oor tjes gelezen. De heer Leeman wil nog een aanvulling geven op de opsomming van de Veerse vissersschepen in Veere in de jaren dertig van de vorige eeuw. Het aan deel Veerse schepen in de vloot was gering. Aan de VE 1de VE 4, de VE 6, de VE 10 en de VE 24 wil de heer Leeman ook nog de mosselkotter VE 7 (Pauline) van schipper Reinhold (Rein) van Beveren toegevoegd zien. Het schip werd in 1932 gebouwd voor rekening van H.C. (Heine) van Beveren. Het was een modern en voor die tijd groot schip van 80 ton met een 60 pk-motor. Het werd volgens het register van Zeeuwse vissersschepen gebruikt voor de mossel- en garnalenvisserij. Over dit schip en over vader en zoon Van Beveren weet de heer Leeman nog enkele wetenswaardigheden te melden. Zo gaat het verhaal dat Eine van Beveren dit schip contant betaald zou hebben met zilveren rijksdaalders die hij had gebeurd voor de levering van mosselen naar Duitsland tus-

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2004 | | pagina 43