het vlakke Nederlandse polderland. Vlak voor hem, op de smalle strook grond die aan de bovenzijde van de glooiing naast het Vlissingse slikstrandje liep, was een jongen bezig wat weggeworpen Duitse 'spullen' bij elkaar te zoeken. Skerten besloot de knaap eens bij zich te roepen om te proberen een praatje met hem te maken. De jongen, twaalf jaar oud, liet de verzamelde attributen, waaronder een mooie Duitse rugzak met een donkerbrui ne vacht aan de buitenkant, in de modder van het paadje vallen in de veronderstel ling dat het verboden was dergelijke zaken mee te pikken. Maar de Brit nodigde hem uit op een leeg munitiekistje te komen zit ten en een messtin zoetige thee met melk poeder met hem te drinken. Er volgde een moeizaam handen-en-voetengesprek, want de jongen sprak geen Engels. De marineman wilde namelijk van alles en nog wat weten over het leven in de bezet tingstijd. Hij bood de jongen daarbij nog enkele repen chocolade en wat zuurtjes aan. Na een poosje werd het de jongen duide lijk dat Skerten op zoek was naar voedsel, onder meer naar vers fruit, voor zijn men sen en hemzelf. De jongen zei dat hij daar wel aan kon komen en even later, nadat de Brit zijn taak aan een ander had overge '•"*s Werkzaamheden op Uncle Beach, het zoge naamde slikhaventje in Vlissingen waar luite nant Skerten tijdelijk strandbeheerder ('beach- master') was. (Coll. H. Tuynman) dragen, liep het tweetal naar de Nieuwen- dijk om daar bij de firma Lensvelt Co. het een en ander te gaan ruilen. Dat was niet moeilijk, want in die dagen werd er veel en vaak gesjacherd en Skerten had bege renswaardige spullen genoeg (vooral siga retten en chocolade) om te ruilen tegen groenten en fruit. Handel De volgende morgen, 7 november 1944, was Dick Skerten wederom present op de Nieuwendijk in Vlissingen vanwaar hij met dezelfde jongen op weg ging naar de Coosje Buskenstraat waar de huisschilder van de firma Lensvelt Co. woonde. De marineman wilde namelijk een busje witte verf hebben en het duurde enige tijd voor dat de Nederlandse 'gids' begreep wat de Brit bedoelde. Verf is immers heel wat anders dan een zakje aardappels of een bos prei. De schilder kon de verf leveren, uiteraard tegen wat sigaretten. Tevreden met het resultaat werd koers gezet naar Uncle Beach. Hier werd afscheid genomen tot een tijdstip later op die dag, maar toen

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2004 | | pagina 37