Frangois Rosendaal een kosthuis toegewe zen aan de Heerengracht M33 (nu 64-66), bij het echtpaar Portegies. De indeling van het huis was als volgt: het echtpaar woon de aan de voorkant in een soort kelder kamer. Als je naar buiten keek zag je alleen de benen van de voorbijgangers, wist de oude heer Rosendaal me in 1976 slaapkamers. Ze hadden ieder een kast en verder was er - voor algemeen gebruik - een wastafel met lampetstel. Ze aten op hun studeerkamer, waar de dienstbode die de familie Portegies erop na hield - een ongekende luxe - ze ook koffie en thee bracht. Op zondag mochten ze bij "meneer en juffrouw Portegies" in de kelderkamer te vertellen. De keuken lag ook aan de straatkant. Aan de achterkant hadden Frans en zijn klasgenoot Van Putten hun sober ingerichte studeerkamer. Het meubi lair bestond uit een tafel met een paar stoelen, 's Avonds zaten ze tegenover elkaar aan de door een gaslamp verlichte tafel hun huiswerk te maken. Op de verdie ping daarboven was - behalve de 'salon' waar nooit iemand kwam - de studeerka mer van twee ouderejaars. Op zolder had den de vier jongens twee aan twee hun Tekenlokaal, ca. 1925. (Zeeuws Archief, Archief Rijks PABO, inv.nr. 242) komen koffiedrinken. Dat was wel gezellig, vond Frans. Beide jongens hadden zes of zeven jaar lagere school achter de rug. Daarna waren ze min of meer voor het toelatingsexamen van de kweekschool klaargemaakt. Hen drik Visser kreeg les van het hoofd van zijn school in Anna Paulowna. Frans Rosen daal ging naar de zogenaamde voorberei-

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2005 | | pagina 11