len in't Zand. Nieuwe haarden bevonden
zich in de Winterstraat en omgeving en op
het Bastion, met de Nieuwe Oostersestraat.
Verder waren de gevallen over de hele
stad verspreid, ook over de singels en over
de wegen die naar de omliggende dorpen
leidden. Het leek er dus op dat de epide
mie zich meer naar buiten had verplaatst.
De bespoten ruimten moesten minstens
een paar uur afgesloten blijven voor de op
timale werking van het gif, maar vanwege
de onaangename geur begonnen de
bewoners vaak veel te vroeg met luchten.
De ervaring leerde dat de capaciteit van
het verstuivingsapparaat niet voldoende
was. De nevel kon niet dicht genoeg
Problemen
In 1942 werden de kininetabletten te laat
verstrekt omdat de apotheker moeilijkhe
den had met de bevoorrading. De artsen
kampten bovendien met het probleem dat
ze nog steeds niet de juiste dosering ken
den. Ook de bespuiting van de huizen ver
liep dat jaar nog niet helemaal naar wens.
Een aantal woningen kon niet bespoten
worden omdat er geen stroom voorhanden
was of omdat de zekering te klein was. In
een aantal andere gevallen waren de
bewoners niet thuis op het moment dat de
gemeentewerkman langs kwam om te
spuiten, waardoor er niet gespoten werd.
Gezicht op de Herengracht en de Watertoren,
rechts de Korte Noordstraat. Er was een con
centratie van malariagevallen in de buurt van
de kazerne in de Korte Noordstraat. De veron
derstelling dat de naburige Herengracht broed
plaats van de ziekteverwekkende anopheles zou
zijn, zoals door de bevolking werd vermoed,
bleek niet juist te zijn. Het water was daar
namelijk veel te zout en er werden dan ook
geen anopheleslarven aangetroffen. Men vond
ze evenmin tussen de talrijke in de gracht
ronddrijvende boomstammen van houthandel
Alberts. (Zeeuws Archief, Zeeuws Genoot
schap, Zelandia lllustrata, prentbriefkaarten
ZI-P-01928)