opgenomen in de buitenplaats. Van den Broeke komt tot deze veronderstelling omdat de afbeelding van de buitenplaats in het boek van Smallegange (1696) totaal afwijkt van de tekening van Cornelis Pronk uit 1743. Van den Broeke denkt dat de tekenaar van de prent in de Cronyk de onregelmatige opbouw van de daken heeft willen camoufleren en daarom een fanta siedak heeft afgebeeld. Willem Ie Sage stierf op 26 augustus 1721 zijn vrouw op 18 november 1726. Het echt paar overleed kinderloos. Hun graftombe ligt in de tuin voor de preekstoel in de oude dorpskerk van Oostkapelle.2 Op de witmarmeren zerk van het echtpaar Le Sage staat: "Ingangh van de tombe van den Ed.len Heer d'Heer Mr. Willem Lesa- ge, heer van Oostcapelle, Rimmerswale, Lodijcke gerepresenteert de Eerste Edele ter provintiale rekenkamer van Zee land natus XVIII Sept. 1646 denatus XXVI Augt. 1721 en Mevrouw Agnes de Vroe sijn Edle gemalinne nata Octobr. 1648 denata XVIII Novr.1726." In de kerk van Oostkapelle hing een aantal wapenschilden, ook wel rouwborden ge noemd, van personen die daar zijn begra ven.3 Jacobus Ermerins noemt deze perso nen "luiden van qualiteit en geboorten". De wapenschilden van het echtpaar Le Sage hingen naast de preekstoel. Onder de leus "Gelijkheid, vrijheid en broeder schap" moesten de wapenborden op last van de landelijke overheid in 1798 worden verwijderd of onzichtbaar worden gemaakt. Die van het echtpaar Le Sage werden overgeschilderd. In 1886 heeft men de verflaag verwijderd. Helaas waren de wapens niet meer te onderscheiden en zijn de borden weggehaald. In het testament van Agnes de Vroe stond dat zij aan de kerk van Oostkapelle twee schenkkannen, een grote en twee kleine schotels zou schenken. Allemaal in zilver. De kerk heeft dit legaat aanvaard. Op elk zilveren voorwerp komt het wapen van De Vroe voor en de spreuk "Vroe bij mate". Om het wapen staat de tekst: "Testamen taire gifte van wijlen de Hoog Edle vrouw Agnes de Vroe wed. Le Sage Ambachts vrouw in Haar Hoog Eds Leven van Oost capelle etc." Ook hieruit blijkt dat het echtpaar Le Sage niet onbemiddeld was. Frans van den Driest 1. In 1375 kreeg Reimerswaal (Zuid-Beveland) stadsrechten. In de zestiende eeuw werd de stad getroffen door een reeks rampen. In 1520 en 1558 woedden grote branden. De waters noden van de zestiende eeuw maakten van de stad een ruïne. In 1631 vertrokken de laatste inwoners, waarna de stad in 1634 publiekelijk -werd verkocht. Het dorp Lodijke lag ten westen van Reimers waal. Het dorp is door de stormvloeden van 1530 en 1532 ten onder gegaan. 2. Wie het kon betalen liet zich in die tijd begraven in de kerk. De duurste maar meest geliefde plek om begraven te worden was voor een katholiek zo dicht mogelijk bij het hoofd altaar in het koor. Voor een protestant was dat in de buurt van de preekstoel of waar het avondmaal werd gehouden. 3. Een klein wapenbord of rouwbord werd bij de begrafenis voor de kist uit gedragen en kreeg daarna een plaats in de kerk, in de buurt van het graf. Een groot wapenbord werd speciaal gemaakt om in de kerk te worden opgehangen. Voor het plaatsen van een rouwbord moest diep in de buidel worden getast.

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2005 | | pagina 45