speciale artikelen in verkennersbladen, pers en radio. Verder maakte men gebruik van affiches, insignes, sluitzegels en speci aal briefpapier, waardoor de bedevaart een eigen gezicht kreeg. Een speciaal gemaak te bedevaartfilm circuleerde onder de ver schillende groepen. Op 1 mei 1954 zond de KRO een klank beeld van anderhalf uur uit, getiteld 'Zie daar uw Moeder' en geheel gewijd aan O.L.V. van den Polder. Ook het programma 'Kompas' besteedde er aandacht aan. Bezoek Van verschillende zijden was belangstel ling voor de bedevaart, meestal uit rooms- katholieke hoek. Het comité verzond gere geld uitnodigingen voor een bezoek aan het kamp. In 1954 waren de hoofdcommis saris van de katholieke padvinders baron van Voorst tot Voorst en hoofdaalmoeze nier Verhoeven te gast, en in 1958 burge meester en mevrouw De Kam van Vrou wenpolder. De Kam kreeg zeker de smaak te pakken, want in 1959 kwam hij weer, samen met zijn collega Becht van Tilburg. In zijn functie van districtscommissaris bezocht burgemeester Andriessen van Ovezande het kamp in 1960. Tot de gasten mogen we ook buitenlandse groepen rekenen. Al in 1947 waren er en kele Belgische deelnemers, later kwamen er ook Fransen. Van grote internationale deelname is echter nooit sprake geweest. Kampeerterrein Tijdens de eerste jaren maakten de pad vinders gebruik van het terrein Overbosch in Oostkapelle, later kampeerden ze op een stuk vroongrond in Vrouwenpolder, het zogenoemde terrein-De Vlieger. Over dat terrein ontstonden na verloop van tijd problemen. In 1955 was het dubbel verhuurd en het was nog maar de vraag of het de volgende jaren beschikbaar zou zijn. In 1956 werd geprobeerd Overbosch te huren, maar dat mislukte. Er zat niets anders op dan maar weer bij De Vlieger aan te kloppen. Wel stelde het bedevaart comité de eis dat het terrein alleen aan de verkenners zou worden verhuurd. Boven dien moest De Vlieger de waterpomp repa reren en aardappelen en brandhout leveren. In 1958 werd opnieuw uitgekeken naar een ander kampeerterrein, maar ook toen lukte het niet iets geschikts te vinden. In 1960 leek het probleem opgelost: er kon gebruik gemaakt worden van een terrein van de katholieke jeugdbeweging bij Oran jezon. Dat was echter maar voor één keer, want in 1961 moest noodgedwongen wor den uitgeweken naar de camping van ijs- club Middelburg aan de Breeweg. Dat werd een flop, de grond was drassig en lag bovendien niet in het eigenlijke bede vaartsoord. Behalve het huren van een terrein, moes ten vergunningen worden gevraagd voor onder andere het houden van een kamp vuur, het betreden van het duingebied en de marsen door Middelburg. Kampleven Hoe ging het er in doorsnee in het kamp aan toe? We nemen een kijkje in dat van 1953. In de loop van zaterdag arriveerden de groepen op het terrein. Bij de ingang wer den ze geregistreerd en kon er eventueel nog inschrijfgeld betaald worden. Daarna werden de tenten opgezet. Elke groep moest zorgen voor een tent, wasblikken, kookuitrusting, brood, beleg, enzovoorts. Ook moesten de deelnemers een volledige

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2006 | | pagina 12