hem was er namelijk aan kandidaten geen enkel gebrek." De raad van Grijpskerke zag al helemaal niets in het plan. Welk dorp wilde zo nodig een eigen veldwachter? Grijpskerke in elk geval niet. Van ordeverstoringen had men volgens de raad daar geen last. En waar om zou Grijpskerke moeten opdraaien Veldwachter De Visser te midden van zijn gezin. De Visser, geboren in 1885, was veld wachter in Middelburg, en daarna in Oost- Souburg tot aan zijn dood in 1941. (Collectie van Kalkeren) voor de meerkosten die de splitsing van de veldwachtersdienst met zich meebracht? Als er dan zo nodig een eigen veldwachter diende te komen, moest Meliskerke zelf maar flink in de buidel tasten, bijvoorbeeld door bij te dragen in de kosten van de Grijpskerkse veldwachter.8 De raad van Meliskerke kreeg uiteindelijk zijn zin. In 1892 besloot de provincie tot splitsing van de gemeenschappelijke veld wachtersdienst. Grijpskerke en Meliskerke hadden voortaan de beschikking over een eigen veldwachter. Wat voor Meliskerke vooral telde, was dat het salaris van de nieuwe functionaris niet hoger was dan 300.-. Jonkheer kreeg te horen dat hij veldwach ter in Grijpskerke kon blijven, maar dat hij dan wel salaris moest inleveren. In plaats van 400,- zou hij genoegen moeten nemen met 350,-10 Het salaris van 300,- was voor de nieu we veldwachter van Meliskerke, P. Roose boom, veel te weinig om van te leven. Het was dan ook geen wonder dat hij allerlei nevenactiviteiten ontplooide om het hoofd boven water te houden. Dat zijn werk als veldwachter hierdoor in het gedrang kwam was onvermijdelijk. Bovendien bracht het bijklussen hem geregeld in conflict met

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2006 | | pagina 32