Pension Zeerust De bussen en het personeel van Sturm en De Pagter gingen over naar de Stoomtram. De Pagter mocht zitting nemen in de direc tie van de Stoomtram maar weigerde dat. Hij ging een pension houden naast het Badpaviljoen in de duinen van Domburg. Begin 1939 brandde dit pension, Zeerust, tijdens een wester storm tot de grond af. Eind augustus van dat jaar kondigde het Nederlandse leger de algemene mobili satie af. Ook De Pag ter moest zich mel den voor de dienst. Kort na de capitulatie op 15 mei 1940 keer de hij heelhuids terug naar Domburg. Na de oorlog voor hem geen busbedrijf meer. Hij ging, samen met zijn vrouw, werken bij de badcabines op het badstrand. Waarnemend burgemeester Van Sluys van Domburg verklaarde dat het de gemeente oprecht speet dat de Domburgse buson derneming het veld moest ruimen. Zes van de zeven raadsleden wilden dat het busbe drijf met de oudste rechten de autobuscon cessie zou krijgen. Ook de inzet van bur gemeester jhr. L.J. van Voorthuysen, die bij Sri i ,t J ,r ."Z/r, .-r Pension Zeerust, afgebrand in 1939. (coll. Jaap de Pagter) de behandeling van het beroep persoonlijk de mening van de gemeente Domburg had verdedigd en die zelfs nog naar minister Van der Vegte was gegaan om te pleiten voor behoud van De Nieuwe Onderne ming, had niet mogen baten. De buspassagiers van de lijn Middelburg- Domburg kregen een bittere pil te slikken op 1 juni. De directie van de Stoomtram Walcheren verhoogde de tarieven voor een retourreis op die datum van 65 cent naar 1 gulden. Einde vrije concurrentie. R. Gabriëlse Geraadpleegde bronnen: - 'De Telegraaf' van woensdag 12 juni 1929: 'Felle autobusstrijd op het eiland Walcheren' - 'Ons Zeeland', nummer 8 van 19 februari 1927, nummer 12 van 19 maart 1927 en num mer 14 van 2 april 1927. - Aanvullende informatie van J. de Pagter.

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2007 | | pagina 8