landse bedrijven als Hodam en Van Doorn.
Een ander Nederlands bedrijf aasde ook
op de vrijgekomen kantoorruimte in Mid
delburg, maar dat verzoek werd door de
Ortskommandant niet ingewilligd.
Overigens was het vertrek van de firma
Kabza niet definitief; half oktober 1943
kwam het bedrijf weer op Walcheren, "zum
Einsatz".
Nederlandse (onder)aannemers
De OT kreeg opdrachten van de Wehr-
macht. Planning en voorbereiding van de
verdedigingswerken was een taak van de
Genie. Deze verkende het terrein, bepaal
de de plaats en het soort versterkingen en
maakte de bouwtekeningen. Daarna gin
gen de tekeningen naar de OT en kon de
bouw beginnen.
De OT schakelde daarvoor - naast Duitse
- ook Nederlandse bedrijven in, zoals
Hodam (Hollandsch-Duitsche Aannemings
Maatschappij), Fernhout en Van Doorn.
Die maakten op hun beurt weer gebruik
van enkele Walcherse bouwbedrijven als
onderaannemer. In feite collaboreerden
deze bedrijven met de bezetter en na de
bevrijding moesten zij voor een tribunaal
verantwoording afleggen. Het woord "bun
kerbouwer" had in die dagen een ongunsti
ge betekenis bij de bevolking.
Personeel
Het Walcherse OT-personeel kunnen we
een allegaartje noemen. De leiding -
Frontführer, Lagerführer, Bauleiter enzo
voort - bestond uit Duitsers, meestal
oudere mannen, geboren in de jaren 1885
tot 1905. Zij hadden jaren geleden hun
dienstplicht vervuld.
Het uitvoerende werk werd verricht door
Nederlandse en Vlaamse arbeiders, die
waren verdeeld in drie categorieën. De
eerste bestond uit personeel van Neder
landse aannemers die voor de OT werk
ten. De OT betaalde die bedrijven en die
betaalden weer hun arbeiders. Ingeval van
ziekte of arbeidsongeschiktheid drukten de
uitkeringen op de Nederlandse sociale
voorzieningen. Tot de tweede categorie
behoorden personen die zich vrijwillig voor
de OT hadden aangemeld. Na een medi
sche keuring werden zij aan een bepaalde
firma toegewezen. Ten slotte waren er de
tewerkgestelde mensen die door het
arbeidsbureau waren aangewezen. Hun
arbeidsvoorwaarden waren slechter dan
die van de vrijwilligers.
In verschillende kampen en kantoren
waren Nederlandse vrouwelijke kantoor
krachten werkzaam.
Alles bij elkaar zat op Walcheren een
bouwleger van formaat, dat van vroeg tot
laat in de weer was en zo nodig ook op
zondag werkte. Op 6 oktober 1943 was de
OT op Walcheren 2.676 man sterk en op
30 november 1943 bestond ze zelfs uit
3.204 personen. Die getallen zijn overi
gens geflatteerd; op laatstgenoemde
datum ontbraken wegens ziekte en overig
verzuim 970 man op het appèl, een ver
zuimpercentage van rond de dertig.
Op de bouwplaats
Wat gebeurde er allemaal op de bouw
plaats?
Een tewerkgestelde: "Ik werd door het
arbeidsbureau Vlissingen aangewezen
voor werk bij de firma Rabitz uit Duisburg.
Die werkte op Walcheren voor de OT en
had een kantoor aan de Oprit waar een
groot aantal Duitse tekenaars, calculators
en administrateurs werkte. Ik meldde mij
daar met mijn arbeidskaart en werd door-