"WelEdele zeer geleerde heer!
Ik heb altoos de geneeskunde beschouwd
als één geheel, en dat ik daarin niet ge
heel en al heb misgetast bewijst mij onder
andere ook Uw voorbeeld, daar UE vroe
ger de geneeskunde bij menschen met
den grootsten lof hebbende uitgeoefend,
thans met geenen minderen lof in het vak
Geschilderd portret van professor dr. Alexander
Numan, geboren te Baflo op 8 december 1780.
der veeartsenijkunde onderwijs geeft;
althans ik voor mij lees steeds met het
grootst genoegen, en geen minder nut het,
door U uitgegeven wordend, Magazijn.
Mijn eigen vee en dat mijner vrouws vader,
(een landbouwer alhier) behandel ik door
gaans zelve, zoo als ik onlangs daarvan
nog eenige staaltjes heb medegedeelt aan
eenen Uwer leerlingen van 's-Heeren-
hoek,2 die ik toevallig het genoegen hadt te
ontmoeten, evenwel is daarbij zoo weinig
van belang voorgevallen, dat ik het de
moeite niet waardig acht nader te vermel
den; maar op bladz. 424 van het derde
nummer van het Magazijn las ik iets over
de wegneming van een gezwel aan de
roede bij eenen muilezel; iets dergelijks,
evenwel op den keper beschouwd, iets
zeer onderscheidens, heb ik ook vóór
jaren verrigt; misschien is het niet onwaar
dig nader bekend te worden. Zie hier het
geval:
In April 1819 leed ik, als Officier van
Gezondheid bij de Marine, schipbreuk met
Zijner Majesteits schip de Admiraal Evert-
senop de hoogte van Diego Garcia, een
klein eilandje van den Archipel van
Chagos,3 waarop slechts weinige planta
ges werden gevonden. Vroeger werden de
kokosnoten van het eiland, in natura naar
Mauritius vervoerd [hemelsbreed een
afstand van ca. 1.230 km, E.P.O.j.
Toen ter tijd was men evenwel reeds zoo
verre gevordert dat men op het eiland
zelve uit het sap der palmbomen azijn en
brandewijn en uit de kokosnoten olie en
zeep konde bereiden; tot uitpersing der
olie bezigde men zeer onvolkomen mor
tiermolens, door de handen van slaven of
door ezels in beweging gebracht.
Een dezer ezels, die op het eiland niet in
overvloed aanwezig waren, was voor alle
arbeid ongeschikt geworden door een ver
schrikkelijk groot gezwel der schacht, dat
hem tegen de kniegewrichten der achter
poten slingerde en iedere ingespannen
beweging onmogelijk maakte.
Zoodra ik dit gezwel zag bekroop mij den
lust hetzelve operatief te verwijderen, maar
vond tegen dit opzet geenen geringen
tegenstand bij mijnen chirurgijn major, die
vermeende dat het gezwel, door de penis
werd gevormd en niet zonder levensgevaar
voor het beest zou kunnen weggenomen