worden. Daarbij kwam dat zulk een opera tie eenen officier van Gezondheid van 's Koningsmarine niet paste. Daar ik evenwel ondanks zijn Edele zeergeleerde en Zeer- gestrenge gelegenheid vond, mij weder naar de plantage te begeven waarop zich het ezeltje bevond en de planter volgaarne het beestje aan mijne proefneming wilde opofferen, zoo werd het dier gevangen en door mij nauwkeuriger onderzocht. In het gezwel (eene groote dikke zeer harde massa) was eene opening, waarin ik gemakkelijk de hand konde inbrengen, en mij dus konde verzekeren, dat het gezwel door de voorhuid werd gevormd terwijl ik duidelijk de losse punt van de penis met de hand kon omvatten. Ik besloot tot de operatie. Eene doorboorde houten buis werd in de holte ingebragt en boven het gezwel zeer vast met schiemansgaren4 omwoeld; dit strekte tot tourniquet, terwijl de doorboorde houten buis het vooruitdrin gen der penis gedurende de operatie ver hinderde, en de pisloozing na dezelve kon toelaten. Door eene rondgaande snede met een scherp mes deed ik de besnijde nis (mijne operatie was immers niets anders?). In weinige oogenblikken verloor het dier ondanks onze voorzorgen ruim een halve emmer bloed. Vier of vijf groote slagaderen, welker klopping ik reeds voor de operatie hadt kunnen voelen, werden met de vingeren gevat en daarom een ste vig bindsel met kabelgaren5 gelegd; de overige kleine slagadertakjes werden met een wit gloeijend ijzer toegeschroeid en de geheele wonde tot afwering der insecten met teer bestreken. De ezel sprong na de operatie van zeiven op, betuigde door kromme sprongen zijne verwondering over zijnen ligteren toestand, en wentelde zich in het zand waardoor de geheele wonde met eene dikke slijkkorst werd bedekt. Hij wandelde eenige uren in het bosch, dronk een paar dagen vrij veel en at niets dan eenige weinige boomblade ren. De derde dag urineerde het beest voor het eerst, eerlang verloor hij de hou ten buis en binnenkort werd hij weder te werk gesteld. De weggenomen verharding woog 12 ponden (zesduizend grammes), en was van een gelijkvormig spekachtig voorkomen. Acht UE deze waarneming belangrijk genoeg om in Uw Magazijn een plaatsje te beslaan, het zal mij aangenaam zijn, maar oordeelt UE dezelve niet gewigtig genoeg, ik heb er vrede mede, en blijve niet minder UE DV Dienaar," (w.g.) J.J. van Opdorp Commentaar Dat Van Opdorp een eigenzinnig mens was, blijkt ook weer uit deze geschiedenis. Tegen de zin van zijn meerdere voerde hij onder de meest primitieve omstandighe den dit huzarenstukje uit, zonder verdoving en zonder enig begrip voor hygiëne. De vraag komt op hoe hij zo snel aan een wit gloeiend ijzer kwam! De tweede brief In de tweede brief aan Numan, gedag tekend te Arnemuiden op 20 maart 1830, blijven we dichter bij huis. "WelEdele Hoog Geleerde Heer! Reeds veel te lang heb ik verzuimd UEd mij hoogst vereerende missive te beant woorden; zullen de strenge koude, de gewone nieuwejaars drukten, de veele bezigheden van een nieuwe onderneming onafscheidelijk mij bij UE kunnen excuse ren? Ik hoop het. Eigenlijk gezegde waarnemingen kan ik

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2007 | | pagina 25