Rust en werk
■HU
Bedrijfsgebouwen met buitenverblijven op Walcheren
te ligplaats voor de boot van de waterpoli-
tie.
Pontbediening
De pont was een zogenaamd reepveer.
Tussen de veerstoepen aan weerszijden
van het kanaal was een manillatros aange
bracht die op de bodem van het kanaal
lag. Een deel van de tros lag door halfopen
geleideogen over de lengte van de pont-
vloer. De pontbediende sloeg een kettinkje
waar een schoteltje aan vast zat, om de
manillatros (de reep) op de dekvloer en
trok zo de pont en zijn lading over het
water. Aan het eind van iedere gevaren
pontlengte werd met een handige bewe
ging de ketting losgemaakt en liep de
pontbediende terug naar de achterkant.
Dan begon de trekhandeling opnieuw, tot
de pont de andere oever had bereikt.
Bij de herverkaveling van Walcheren, na
de oorlog, is de pont buiten gebruik ge
raakt en nu wijzen slechts de restanten op
deze oude oversteekplaats van het Kanaal
door Walcheren.
A.M. Leer
In het vorige nummer van De Wete be
schreef de heer Kaljouw een aantal buiten
plaatsen langs de Oude Vlissingseweg in
zijn artikel 'Van Zorgvrij tot Buitenrust'.
Zoals langs alle uitvalswegen van Middel
burg lagen ook langs deze weg buiten
plaatsen, speelhoven, kwekerijen, bleek
velden en herbergen. Wat de buitenplaat
sen aan het begin van de Oude Vlissingse
weg trouwens zo interessant maakt, is dat
ze vrijwel allemaal dateren uit het begin
van de negentiende eeuw. Verderop langs
deze weg lagen wat oudere buitenplaat
sen, die veelal aangelegd zijn aan het eind
van de zeventiende of het begin van de
achttiende eeuw. Op een enkele uitzonde
ring na verdwenen deze juist aan het eind
van de achttiende eeuw.
Maar daarover wilde ik het nu niet hebben.
Wel zette het artikel van de heer Kaljouw
mij ertoe aan om eens wat dieper in te
gaan op een van de buitenplaatsen die hij
beschrijft.
In zijn artikel noemt de heer Kaljouw
namelijk de buitenplaats De Parel, die vol
gens hem in 1826 werd gekocht door Wil
helmus van Uije. Over dit buitentje is ooit
een artikel geschreven, dat met name de
geschiedenis van De Parel na die verkoop
in 1826 beschrijft.1 De ontstaansgeschie
denis van De Parel komt echter in geen
van beide artikelen aan bod; toch is die
interessant genoeg om daar wat over te
vertellen. De buitenplaats De Parel is
namelijk voortgekomen uit een windmolen.
Een combinatie dus van een bedrijfsge-