huis zou zijn opgeslagen, lijkt mij, gezien
de ophanden zijnde strijd, heel onwaar
schijnlijk. Wel lagen voor het huis op de
weg de wrakken van vier Franse legerwa
gens, waarvan de lading kennelijk was ont
ploft. Eén daarvan stond rechtop tegen de
stam van de boom bij het bruggetje."
De heer Vader twijfelt er niet aan dat die
M. van den Broeke, die al ruim veertien
jaar onderzoek doet naar buitenplaatsen,
ontdekte enkele onjuistheden in het artikel.
Over Casa Cara en de datering schreef hij:
"Volgens Kaljouw begin twintigste eeuw. Ik
denk ca. 1815 vanwege de empire-voorge-
vel en het feit dat het gebouw waarschijn
lijk op een kaart uit 1822 is te zien."
ontploffingen ook de brand in zijn ouderlijk
huis hebben veroorzaakt en hij vermoedt
dat W. Abeleven-Labberton in haar boekje
Zeeland vocht door daarop doelde als zij
op pag. 157 met betrekking tot Vaders huis
spreekt van "opgeblazen".
W. Vader heeft in De Wete van augustus
1983 meer over de toedracht geschreven
in zijn artikel 'Middelburg brandpunt'.
M. Wattel uit Hoogerheide liet ons weten
op Casa Cara gewoond te hebben en stel
de voor gegevens uit te wisselen met de
auteur van het artikel, J. Kaljouw. Dat heeft
inmiddels plaatsgevonden.
De tuinmanswoning van Veldzigt tot 1914,
van Zorgvrij tot 17 mei 1940, de dag waarop
het gebouw verwoest werd. (Coll. W. Vader,
Oostburg)
De herkomst van de naam is volgens Van
den Broeke eerder Italiaans dan Spaans
en van niet langer dan een jaar of vijftig
geleden. Ook merkte hij op dat de be
schrijving van de gevelsteen in de tekst op
pag. 11 niet geheel overeenkomt met de
erbij geplaatste foto. Hij miste ten slotte
informatie die wel in de bronnen te vinden
is: "Zo vind ik de constatering op pag. 8