lichaam van de WA-man naar het station Middelburg te vervoeren. De kosten ad 52,- werden bij de OT in rekening ge bracht. Vanuit Middelburg werd het stoffe lijk overschot naar Helmond vervoerd. Daar herhaalde zich de geschiedenis. De plaatselijke WA verzocht de pastoor om medewerking, maar - net als in Hulst - Middelburg. De school nart de Verwerijstraat was OT-lager. (Foto Zeeuwse Bibliotheek/ Beeldbank Zeeland) weigerde deze en weer moest een Duitse geestelijke voor de begrafenis worden opgetrommeld. De weduwe werd overigens niet in de steek gelaten. Minstens zes instanties had den bemoeienis met haar: OT. NSB, NSDAP, Sociale Zaken Helmond, de Deut sche Krankenkasse en de Rijksverzeke ringsbank. De zorg voor de weduwe had natuurlijk te maken met het feit dat haar man lid van NSB en WA was geweest. In andere gevallen liet de OT bij de scha devergoeding wel eens steken vallen. Eind 1943 was de schadevergoeding van de op 1 juni 1942 getroffen arbeiders nog steeds niet geregeld. Maatregelen tegen luchtgevaar In februari 1944 werden de maatregelen tegen luchtgevaar onder de loep genomen. De situatie was niet om over naar huis te schrijven. In vrijwel alle kampen werden tekortkomingen geconstateerd, variërend van het ontbreken van elke vorm van lucht bescherming tot gebrek aan bluswater en zand. In een aantal gevallen was er te wei nig of defecte blusapparatuur, soms waren er onvoldoende schuilkelders en schuil- loopgraven. Bestaande schuilkelders had den maar één in- en uitgang, sommige schuilloopgraven moesten voortdurend droog worden gehouden. Kortom, er moest nog heel wat aan de beveiliging worden verbeterd. Alleen de camouflage van de kampen kreeg een positieve beoordeling. Aanbevolen werd het aantal bunkers en loopgraven uit te breiden en nieuw te bou wen bunkers van twee in-/uitgangen te voorzien. De kampleiding moest geschoold worden in de bediening van blusapparaten en toezien op de opstelling en de bedrijfs zekerheid. Op weg naar het einde Medio januari 1944 werd kamp Jena in Valkenisse opgeheven. Wellicht was dit een aanwijzing dat de OT haar werkzaam heden op Walcheren begon af te bouwen. Begin mei 1944 gingen zeventig Vlaamse arbeiders naar Leuven. Ook de aanvoer van materialen werd moeilijker omdat

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2008 | | pagina 10