Wir bauen und
bauen
De Organisation Todt op Walcheren (deel 2)
Kampen
Het OT-kader en de leiding van de diverse
bouwondernemingen zaten meestal gerief
lijk in een woning. Voor de werkers in het
veld, zoals betonstorters, grondwerkers en
ijzervlechters, was de huisvesting minder
riant. Zij werden ondergebracht in Lager
(kampen). In een overzicht uit november
1943 vinden we op Walcheren elf Lager
met namen van Duitse steden. Zo kende
Middelburg Lager Stuttgart, Dishoek Des
sau, Koudekerke Emden en Valkenisse
Jena. Het Lager was meestal een barak
kenkamp (Zoutelande). Soms was het in
een school gevestigd (Middelburg, Veere).
Aan het hoofd stond een Duitse Lagerfüh-
rer, geassisteerd door een Hilfslagerführer.
Verder had men een kantinebeheerder,
een kok en hulpkrachten zoals aardappel-
schilsters. Op 24 november 1943 waren in
Lager Danzig (Zoutelande) naast de leiding
elf mannen en zeven vrouwen werkzaam.
Het strafkamp
Het Nederlandse OT-personeel was niet
altijd even betrouwbaar. Het nam wel eens
de benen of keerde niet terug van verlof.
Om dit gedrag de kop in te drukken, nam
de OT in overleg met de Beauftragte voor
Zeeland maatregelen. Bij wegblijven van
de werkplek ging een opsporingsbericht uit
naar de Feldgendarmerie (Duitse militaire
politie), die de desbetreffende persoon
moest opsporen en naar de werkplek terug
moest brengen. Een eventueel met een
ander bedrijf afgesloten arbeidsovereen
komst werd niet erkend en in geval van
ziekte moest een Duitse vertrouwensarts
of militaire dokter de patiënt onderzoeken.
Deserteurs gingen naar een speciaal
kamp. In Souburg werd eind 1943 een
strafkamp opgericht dat de nazi's eufemis
tisch Erziehungslager (opvoedingskamp)
noemden. Gemarteld werd er niet, maar
de omstandigheden waren slecht en daar
over kwamen klachten naar buiten. Naar
aanleiding daarvan bezocht Frontführer
Schneider in februari 1944 het kamp en
bracht rapport uit aan de Rijkscommissa
ris. Er was geklaagd over wandluizen,
maar desgevraagd ontkenden de bewo
ners die ooit gezien te hebben. Het was
ook onwaarschijnlijk, want het kamp was in
januari nieuw gebouwd en na een melding
over luizen gedesinfecteerd. Het konden
kleerluizen zijn, want de gevangenen had
den geen schoon ondergoed gekregen.
Vanuit de gevangenis in Middelburg werd
daar toen voor gezorgd, evenals voor zeep.
Nederlandse gerechtelijke autoriteiten con
troleerden ook op netheid en eten. Proble
men rond de verdeling van aardappelen
werden opgelost door extra aankopen. De
gevangenen kregen trouwens - zo be
weerden de Duitsers - hetzelfde voedsel
als de vrije Nederlandse arbeiders...
De inzet van de gevangenen liet veel te
wensen over; het Nederlandse bewakings
personeel kreeg dan ook de opdracht de
gevangenen beter te laten presteren. De
Nederlandse autoriteiten waren van
mening dat zij, ongeacht hun prestatie, de
arbeidsuren betaald moesten krijgen. Daar
ging de OT niet mee akkoord, omdat dan
Nederlandse arbeiders die vrijwillig aan de
kust werkten, benadeeld zouden worden.
De OT werkte langs de hele kust met pres
tatiebeloning. Wie zijn werk behoorlijk uit
voerde, kwam ver boven het standaardloon
uit. De gevangenen haalden maar 30 tot