40 procent van dat standaardloon. Toch deed de OT een concessie: de gevange nen kregen prestatieloon naar loonklasse III, waarbij werd uitgegaan van een uur loon van 48 cent. Van dat loon werd 4 cent door Schneider Klippel ingehouden, waarvoor extra aardappelen en sigaretten werden gekocht. menten. In mei 1944 rezen nieuwe proble men over de beloning. Schneider Klippel wilde toen weten naar welke loonklasse - I, II of III - betaling moest plaatsvinden. Normaal gesproken was dat III, maar speelde de woonplaats soms een rol? De OT-leiding was duidelijk: Nederlandse gevangenen moesten zonder uitzondering De Loskade in Middelburg, waar in de oorlogs jaren de OT-stafwas gevestigd. (Foto Zeeuwse Bibliotheek/Beeldbank Zeeland) Met betrekking tot de lonen waren trou wens al meer problemen aan de orde geweest. In december 1943 informeerde Schneider Klippel of betaling a raison van 48 uur per week ook voor de bewo ners van het Erziehungslager gold. De OT- leiding stelde zich toen op het standpunt dat de feitelijk gewerkte uren moesten wor den betaald maar geen overige emolu- volgens klasse III worden uitbetaald. Tijdens hun bezoek constateerden de Nederlandse autoriteiten dat er voldoende wasgelegenheid was. Om te baden ging men groepsgewijs naar het Middelburgse Huis van Bewaring. Op 10 juni 1944 eiste het Rijkscommissari aat de gevangenen op. Zij waren nodig voor belangrijke werkzaamheden in de oorlogsindustrie. Kamp Souburg moest ont ruimd worden en de gevangenen moesten binnen tien dagen ter beschikking staan. De ontruiming verliep chaotisch. In de

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2008 | | pagina 6