geplukt moeten worden voor de stier die ook 's zomers op stal blijft staan, over het varken dat niet naar slager Minderhoud wil maar met een emmer op z'n kop wel mee móet, over meester Luteijn van de School met den Bijbel die in een landloperspak gier komt halen voor zijn tuin, maar tijdens het lopen nogal wat verliest. Het vee dat enkele kalkoenen. Er was een grote boom gaard met hoogstambomen." In de bakkeet wordt nog volop gekookt, de melk van zaterdag en zondag wordt er ontroomd omdat deze niet naar de fabriek kan. Er staan petroleumstellen, maar er is ook nog een open vuur. In de grote schouw van de woning worden spek en ham gerookt. De hofstede Middenhof van de familie Arendse te Oost-Souburg ten tijde van de inundatie, 1945. (Gemeentearchief Vlissingen, beeldbank Vlissingen in Beeld, FA8167) van de stal naar de wei gebracht wordt in het voorjaar, ruin Lodewijk die op het erf gecastreerd wordt. Jacobus Arendse: "We hadden paarden, koeien en kalveren, schapen, varkens, kippen en eenden. Ook Jacobus: "Eenmaal per jaar kwam de rent meester de boerderij inspecteren. Dat gaf ook voor ons grote drukte, want alles moest worden schoongemaakt en alle gras dat op het erf groeide moest worden weg- geschoffeld en opgeveegd. Dat was ook de gelegenheid om verbeteringen te vragen. Moeder wilde graag een klein raam extra op de hoge kamer, genadig toegestaan."'7

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2008 | | pagina 20