21
dwenen definitief en de grand waarop zij
gebouwd waren, is ongetwijfeld weer over
gedragen aan de kerk. De consistorie
toonde uniformiteit door haar neogotische
raamtracering, deurlicht en spitsboogven
sters. Ze werd witgeschilderd met vier
blauwe pilasters en had een gestuukte, uit-
kragende lijst, waarop "die van Biggekerke
jaloers waren". Uiteindelijk
kregen die laatsten toch hun
zin nog. In Biggekerke werd
ook een consistorie
gebouwd die nagenoeg
identiek was aan die in Kou-
dekerke. Die is echter reeds
vele jaren geleden onder de
slopershamer gevallen.
Restauratie
Tussen 1951 en 1965 von
den in Koudekerke zowel
aan de binnen- als aan de
buitenzijde van kerk en con
sistorie grootschalige res
tauratiewerkzaamheden
plaats: het ijzeren hek om
het kerkhof verdween, de
toren werd opnieuw geschil
derd, de wijzerplaat en de
windhaan werden verguld
en het uurwerk kreeg groot
onderhoud.
Kerk en consistorie werden ontdaan van
de wilde wingerd, die voornamelijk de
zuidzijde van het complex vanaf de grond
tot in de goot bedekte. Ten slotte werd het
kerkgebouw ontdaan van het grauwe pleis
terwerk van cement, zodat de originele
Zeeuws bakstenen 'moppen' weer tevoor
schijn kwamen. De consistorie werd op
nieuw geheel wit geschilderd, waardoor
het accent tussen de blauwe en witte vlak
ken verdween. Het blauw van de pilasters
en ornamenten was in de vijftig jaar ervoor
al verdwenen. Niet verwonderlijk, want kort
na de nieuwbouw ervan, in 1911, brak de
Eerste Wereldoorlog uit, daarna volgden
de crisisjaren en de Tweede Wereldoorlog,
de inundatie van Walcheren en de weder
opbouw. Vanuit die optiek waren er andere
Pentekening van de hervormde kerk met de
witte consistorie door Kees de Plaa, 2003.
(Zeeuws Archief, Zeeuws Genootschap,
Zelandia lllustrata, collectie-De Plaa, cat.nr.
ZI-PLAA-2501)
prioriteiten te bedenken dan het onder
houd aan de kerk en de consistorie. De
ontsierende regenpijpen aan de zuidgevel
werden verwijderd, evenals de 'knik' uit de