Middelburg en het havenkanaal, getekend door Jacob van Deventer, ca. 1570. Daarboven het kronkelige verloop van het riviertje de Arne. (Atlas Van Deventer) regelen worden genomen. Niet alleen de faciliteiten moesten worden uitgebreid, maar ook de verbinding van deze haven naar de Walcherse rede. Wat dat laatste betrof, kende de stad de nodige proble men, want Middelburg lag niet direct aan open water en was daardoor afhankelijk van de Arne. Dat riviertje was nauwelijks bezeilbaar en bij eb waarschijnlijk zelfs onbevaarbaar voor de grotere zeegaande schepen. Uit de stadsrekeningen blijkt dat al in 1451 en 1486 plannen zijn ontwikkeld om bij Arnemuiden, aan de mond van de Arne, een haven aan te leggen. De ontwik keling van een dergelijke haven zou de positie van de stad echter ondermijnen ten gunste van het dorp Arnemuiden, dat direct aan open zee lag. Aangezien het Een havenkanaal In het eerste kwart van de zestiende eeuw was de toegang tot de haven nogal ver slechterd. Kooplieden moesten veel moeite doen om hun goederen vanaf open zee naar de Middelburgse haven te transporte ren, waardoor hun transportkosten stegen. Een aantal 'vindingrijke' ondernemers liet, tot ongenoegen van de stedelijke overheid, al geruime tijd goederen buiten de stad laden en lossen, met als argument dat de onbevaarbaarheid van de Arne dat nood zakelijk maakte. Het stadsbestuur besloot in 1526 een commissie in te stellen met de opdracht na te gaan hoe een nieuw haven kanaal naar de Walcherse rede kon wor den aangelegd. Om tot uitvoering van de werkzaamheden te mogen overgaan, was toestemming van ambacht Oosthoek, waarin Arnemuiden lag, sedert 1493 aan Middelburg toebe hoorde, was dat eigenlijk geen optie.

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2009 | | pagina 6