De andere leden van het gezelschap wer
den ook op niveau gehuisvest. Jonkvrouw
Van de Poll logeerde bij jonkheer Wittert,
majoor der infanterie, aan de Loskade.
Baron Van Hardenbroek en ridder Huyssen
van Kattendijke waren ondergebracht bij
jonkheer mr. Van Reigersberg Versluys,
president van de Arrondissementsrecht
bank, Lange Noordstraat L 127.
Jonkvrouw Henriëtte van de Poll
Uit correspondentie van jonkvrouw Hen
riëtte van de Poll kunnen we enigszins
opmaken hoe zij en haar familie tegen het
bezoek aankeken. Uit een brief aan haar
moeder van 20 augustus 1894: "...gisteren
offreerde de Koningin Regentes mij of ik
nog even naar huis wilde gaan, maar ik
voelde mij zo moe, dat ik tegen zulk een
gehaast reisje opzag. Buitendien was er
nog geen stuk gepakt en waren nog lijsten
te schrijven, ik was bang doodop te Zee
land aan te komen. Nu voel ik mij echter
geheel uitgerust. Een koffer is al vooruit
gezonden, de andere staat gepakt, de lijs
ten zijn geschreven, ik hoop vanavond
vroeg naar bed te gaan. Mijn adres in Mid
delburg is bij Jhr. Wittert, majoor der infan
terie, Loskade P 141 k. Ik vind het wel een
beetje benauwd bij zulke wildvreemde
menschen en ik verbeeld mij zoo, dat zij
niet van het genre zullen zijn waar ik mij
gauw thuis bij gevoel..."
Het was een drukke tijd voor Henriëtte.
Tijdens het bezoek aan Zeeland werd zij
maar liefst zeven keer uitgenodigd om deel
te nemen aan een dejeuner of diner.
Haar zuster Joanna schreef aan Henriëtte:
"Een enkel woordje om je te zeggen, dat ik
't heel onaardig vind om mij zo stijf te
negeren wanneer je met rijkdom uit bent.
Ik zwaai mijn hand weer half uit het lid om
in Roozendaal de surintendante te groe
ten, maar neen, ze had geen ogen voor
haar zussie, terwijl ze daar in al haar
grootheid en in een salonwagen voorbij-
stoomt, trotsch en wel, terwijl de regentes
tenminste nog met haar zakdoek woof, 't
Scheen zo te hooren want zelfs die vrien
delijke meneer van Hardenbroek had geen
ogen voor zijn dochter."
Kabinet der Koningin
Spoedeisende staatszaken, zoals het teke
nen van wetten, konden gewoon doorgaan
omdat tijdens het bezoek een afdeling van
het Kabinet der Koningin in hotel De Nieu
we Doelen te Middelburg werd gevestigd.
Jonkheer P.J. Vegelin van Claerbergen had
de leiding over deze dependance en hij
vestigde zich ook in genoemd hotel. De
Middelburgse postambtenaren ontvingen
instructies en er werd bepaald met welke
trein de stukken uit Den Haag naar Middel
burg zouden worden verzonden.
Vooraf ging er al veel correspondentie
heen en weer tussen het kabinet, diverse
ministeries en de commissaris der konin
gin over de precieze data van het bezoek,
te verlenen onderscheidingen enzovoorts.
Commercie
Het is niet alleen van deze tijd dat de com
mercie zich bij bijzondere gebeurtenissen
in het Koninklijk Huis op het publiek stort.
Vroeger kon men daar ook wat van. In
Vlissingen werd bijvoorbeeld in de dagen
rondom het koninklijk bezoek geadverteerd
met illuminatielantaarns, oranjebitter, (kin-
derjvlaggen, Bengaals vuur en speciale
sigaren. Sommige particulieren langs de
route boden kamers aan of verhuurden
een raam. Café Aspeslagh op de Nieuwe-
dijk trok extra personeel aan en de kraam