Vitrite telkens had bij het bepleiten van
een ontheffing bij de gemeente.
Gemeentelijk beleid
Ondanks de strenge bevoogding door het
R.K.B. bleef er ruimte voor eigen gemeen
telijk beleid. In Vlissingen bijvoorbeeld
werd een andere lijn gevolgd dan in Mid
delburg, mede omdat de verhoudingen hier
anders lagen. De gasfabriek was hier ge
start als gemeentebedrijf, maar later juist
in particuliere - Britse - handen overge
gaan. Het was een grote onderneming die
ook aan dorpen op Walcheren leverde, tot
Veere en Domburg aan toe. Nog in sep
tember 1916 was er in de Vlissingsche
Courant een advertentiecampagne onder
het motto "geen woning zonder gas". Gas
was gemakkelijk en goedkoop: het gereed
maken van een volledig maal voor een
gezin van zeven personen zou hooguit vijf
centen aan gas kosten. Volksgasfornuizen
waren in huurkoop verkrijgbaar.
Ook in Vlissingen waren de straatlantaarns
uitgeschakeld, maar etalageverlichting
bleef wel toegestaan. Sterker nog, in
augustus 1918 bedachten B&W van Vlis
singen dat het goed zou zijn als de etala
geverlichting 's avonds na de sluiting van
de winkels zou blijven branden, om zo de
straten te verlichten. Het plan ontmoette
weinig enthousiasme bij de plaatselijke
middenstand, omdat de winkeliers dan tot
middernacht zouden moeten opblijven om
het licht uit te doen, of daarvoor "speciaal
hun bed zouden moeten verlaten"!
Omdat in Middelburg het gasbedrijf van de
gemeente zelf was, konden overheid en
producent gezamenlijk optrekken en kon
den besluiten ook politiek worden afgedekt
in de raad. Daardoor konden echt harde
maatregelen, met perioden waarin geen
gas werd geleverd, in verhouding tot ge
meenten elders in Nederland lang worden
uitgesteld. Maar in 1918 was aan distribu
tie niet langer te ontkomen. Het gebrek
aan grondstoffen was zo nijpend geworden
dat er gewoon niet genoeg gas kon wor
den gemaakt. In Limburg was bruinkool
productie op gang gekomen, om nog
enigszins in de nationale behoeften te kun
nen voorzien. Ook Middelburg kreeg dit
geleverd, maar dat bracht meer problemen
mee dan het oploste: het leidde tot storin
gen in de productie en het leverde gas van
slechte kwaliteit op. De duinwaterleiding
kreeg turfstrooisel geleverd, om de stoom
machines voor de watervoorziening zo
goed en zo kwaad als het ging gaande te
houden.
De gasloze woensdag
Op 24 juli 1918 werd de gasloze woens
dag ingesteld. Dat betekende dat op
woensdagen tussen vijf uur 's ochtends en
half negen 's avonds geen gas werd gele
verd, met uitzondering van de periode tus
sen elf en twaalf uur. Niet helemaal 'gas-
loos' dus, maar de term vond snel ingang.
Gebruikers als winkels en kantoren vielen
onder hetzelfde regime; er kwam dan ge
woon niets uit de buizen. Overigens bleef
het niet bij de woensdag. Ook op de zon
dagen was er geen gas tussen vijf uur 's
ochtends en negen uur 's avonds, met wat
tussenpozen voor het klaarmaken van de
maaltijden: van half negen tot negen
(haasten!), van twaalf tot één en van vier
tot vijf. In het uiteindelijke besluit werden
begin- en eindtijden nog wat bijgesteld: de
gasloze periode begon nu om zes uur 's
ochtends en eindigde om acht uur 's
avonds.
Noch in de Middelburgse gemeenteraad,