Geheel in de lijn van de PCB werd aan het einde om Gods zegen gevraagd. Feesten Geregeld werd door de afdeling een kerst avond voor gezinsleden georganiseerd. Men bestelde boekjes, kerstplaten voor de kinderen en enkele zangbundels. Een pas sende feeststemming werd gecreëerd door het plaatsen van een kerstboom. De kinde ren kregen traktaties en er werd gezongen onder orgelbegeleiding. Meestal hielden een lid van het hoofdbestuur en de domi nee een toespraak. De kerstvieringen verliepen niet altijd rim pelloos. In 1925 werd bepaald dat de kin deren niet te jong mochten zijn. Ze hadden namelijk de neiging om tijdens een - vaak lange - toespraak van een hoofdbestuurs lid of de dominee onrustig te worden. Tij dens de kerstviering van dat jaar hadden sommige leden geconstateerd dat er men sen aanwezig waren die niet tot de familie van de leden behoorden. Later bleek dat het ging om verloofden van zoons of doch ters. De aanvangstijd was ook een probleem. De secretaris stelde een keer voor om het feest 's middags te vieren. Mensen uit Ar- nemuiden konden 's avonds moeilijk naar Oost-Souburg komen. Het voorstel werd in stemming gebracht maar verworpen. In 1926 waren de financiën een probleem. Men besloot toen met een intekenlijst rond te gaan. Bij het kerstfeest van 1927 werd bepaald dat voor de pauze niet gerookt mocht worden. Daar was toen geen dis cussie over. Na 1930 zwijgen de notulen over kerst feestvieringen. Om de vijf jaar vond een feestelijke lus trumviering plaats. Denk bij feestelijk niet aan een conferencier, maar aan een inge togen en stichtelijke bijeenkomst. Het eer ste lustrum werd in november 1921 in Re- hoboth gevierd. De conciërge had de zaal prachtig versierd. Bij de opening liet voor zitter Schaalje een psalm zingen en ging hij voor in gebed. Daarna verwelkomde hij de aanwezigen, in het bijzonder Bonds voorzitter Augusteijn en de hervormde pre dikant A. Graves van Willenswaard. De se cretaris dankte de voorzitter voor zijn werk en bood hem een nieuwe voorzittershamer aan. Daarna werd onder orgelbegeleiding uit volle borst het Bondslied gezongen. De secretaris bracht zijn jaarverslag uit en waarschuwde voor revolutionaire invloe den. Na nog een psalm was er pauze. Ver der trad de Christelijke Zangvereniging op en waren er twee voordrachten. Hierna overhandigden twee kinderen een ingelijs te spreuk aan de voorzitter en werd hem een zegenbede toegezongen. Dominee Graves van Willenswaard hield nog een toespraak over de Bergrede, waarna de voorzitter iedereen dankte voor zijn aanwe zigheid. Tot slot was er een avondzang en werd er gecollecteerd voor de zending en de weduwe van een spoorman. In 1926 werd het tienjarig bestaan gevierd. In 1931 volgde het derde lustrum. Toen werd ene Boucherie gehuldigd omdat hij vanaf de oprichting lid was. Ook waren er enkele voordrachten, onder andere over het vergaan van de Titanic. Een dames koor onder leiding van juffrouw Hollestelle zong enkele liederen. In de pauze werd getrakteerd op chocolademelk met iets er bij, toen volgden de pepfa/kvan de Bonds voorzitter, een optreden van het dames koor, het bondslied, een avondzang en de dankzegging.

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2010 | | pagina 19