Vadertje
't Brandt as köölströö
37
Koolzaad
"Allerwege zag men in den voorzomer de
prachtige gele velden van het bloeiende
winterkoolzaad", schreef P.J. Bouman in
zijn boek Geschiedenis van de Zeeuwsche
landbouw (1946), en Jan Vader (1875-
1966) schreef in een van zijn schriften over
de bloeiende Walcherse koolzaadvelden
dat ze "geleken op een gouden zee".
Brabantse imkers kwamen tegen de tijd
dat het koolzaad op een 'gouden zee' leek
met hun korven en bijenvolken naar Wal
cheren. De boeren reden met paard-en-
wagen naar de boot (later
het station) in Middelburg
en haalden de imkers op.
De bieëboeren, zo werden
de Brabantse imkers op
Walcheren genoemd, slie
pen tijdens de bloeiperiode
van het koolzaad bij de
boeren in de schuur. Zodra
de bloeitijd voorbij was,
brachten de boeren de
bieëboeren weer naar Mid
delburg voor hun terugreis.
De koolzaadoogsten waren
meestal goed en koolzaad
werd in de negentiende
eeuw tot de meest winstge
vende gewassen gerekend.
(Zie de tabel. De prijzen
zijn omgerekend in euro's
per honderd kilo.)
Uit het zaad werd olie ge
trokken voor verlichtings
doeleinden. De gedorste
koolzaadstengels köölströöwerden ge
bruikt om de bakoven aan te maken. Als
het stro goed droog was, brandde 't als
t
een fakkel en was 't in een mum van tijd
verbrand. Vandaar de uitdrukking 't brandt
as köölströö.
De boeren gaven er de voorkeur aan win
terkoolzaad te zaaien omdat de opbrengst
hiervan hoger was dan die van zomerkool-
zaad. Nu brengt een hectare winterkool
zaad gemiddeld 4.500 kilo zaad op,
zomerkoolzaad ongeveer een derde min
der. In het verleden lag de opbrengst een
stuk lager. Door rasverbetering, bestrijding
van insecten en bemesting is de opbrengst
nu hoger.
witte
groene
jaar
tarwe
gerst
bonen
erwten
koolzaad
1828
4,15
1,85
2,54
2,54
4,15
1850
3,29
1,70
2,72
2,50
5,45
1874
5,22
3,40
6,69
5,22
5,00
1900
3,18
2,27
5,45
4,31
4,88
Koolzaaddorsen bij het hof Leg-af te Brigdam-
me, ca. 1910. (Zeeuws Archief, Zeeuws Ge
nootschap, Zelandia Illustrata, deel III nr. 1003)