dag(en) na het dorsen naar de boerderij
gebracht en in de buurt van de oven opge
slagen.
werk weer opgepakt en om vier uur was
het weer tijd voor koffie en een boterham.
Bier en jenever
Als er honderd bossen koolzaadstro ge
bonden waren riep een binder: "Bier en je
never". Het werk werd dan even stilgelegd
voor een flesje bier, een glaas
je bitter of jenever voor de
mannen en stroopjenever voor
de vrouwen en de jongens die
de strobanden klaarlegden.
Stroopjenever was een meng
sel van jenever en stroop. De
verhouding jenever en stroop
moest kloppen, anders was de
drank te sterk of te slap. De
boerin maakte dit klaar en het
werd alleen gedronken tijdens
het dorsen van koolzaad.
Na deze pauze ging de andere
ploeg dorsers aan het werk.
Per dag konden zo'n duizend
bossen gebonden worden en
werd dus ongeveer tien keer
een pauze met bier, bitter, je
never of stroopjenever ingelast.
Schafttijd
Tegen negen uur bracht een
dienstbode een grote koperen
ketel met warme koffie en een
mand met witte boterhammen
met boerenboter en belegd
met kaas of ontbijtkoek zoete-
koeke). Rond twaalf uur werd
een nieuwe voorraad brood en
warme koffie gebracht. Nu was
er keuze uit besmeerde kren-
tenboterhammen of witte boterhammen
met ham of kaas. Om één uur werd het
Door Frans en Ria van den Driest nagemaakte
versierde meie. (foto Ria van den Driest)
Meie
De avond voor het dorsen van het kool
zaad hadden twee arbeidersvrouwen een
meie gemaakt.
De meie was een gaffelvormige wilgentak,