van zaken neer. Een journalist en een foto graaf van het Zeeuwsch Dagblad gingen in augustus 1956 in de Calandpolder op be zoek bij Van 't Westeinde, "de man, die - zij het dan niet voor de volle honderd pro cent - met de hergeboorte van deze pol der een vurige wens in vervulling ziet gaan. Zijn jarenlange vasthoudendheid is, een paar jaar was de oogst zonder meer goed. In 1961 stond de eerste aardappel oogst op het land, in 1962 de eerste aard appeloogst van de twee zoons. Ook verre zen dat jaar twee boerderijen in de Ca landpolder: twee zonen van Ko van 't West einde, Cornelis en Albert, gingen trouwen! "Romantiek op 'n onbewoond eiland", kop- 9 "H Laatste moment van af sluiting yan de polder op 29 April 1955. aS H"H boerderij betrokken door Alb. van t Westeinde op 28 apail 1962 ■1 S De werkzaamheden van de herdijking werden door de familie op foto vastgelegd. Dat gold ook voor de resultaten na de drooglegging (rechts), (collectie familie Van 't Westeinde) ondanks grote tegenwerking van bepaalde rijksinstanties, met succes bekroond. 'Ik heb nog geen ogenblik spijt gehad,' zegt hij met gerechtvaardigde trots, als hij ons in zijn auto over de berm onder langs de 3900 meter strekkende dijk door de polder rijdt." Romantiek op 'n onbewoond eiland De daaropvolgende jaren werd de nog zilte grond bewerkt. De eerste oogst mislukte, de daaropvolgende vielen tegen, maar na te weekblad Margriet in juni 1962. "De eni ge bewoners van de Calandpolder, die kort geleden nog een verdronken eiland was, zijn twee jonge paren in hun wittebroods weken. Ze dromen niet, ze wérken: het land, door hun vader aan de zee ontrukt, eist hen op." Ook tijdschrift Eva deed in november 1963 onder de kop 'Een polder voor een bruid' uitgebreid verslag. Het blad bracht een pa ginagrote afbeelding van een van de twee kersverse stellen. "Deze foto is een sym bool van een onverwoestbaar doorzettings vermogen, van een onbegrijpelijke moed en van een rotsvast vertrouwen in eigen kunnen. Zoals het in sommige streken ge woonte is, dat een man zijn bruid over de

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2011 | | pagina 16