58 De eendenkooi in het Slikkenbosch bij Oost- kapelle, 27 november 2010. (foto Anton van Haperen) vangst. Konijnen werden in de Middeleeu wen uit Noord-Afrika via Spanje in West- Europa geïntroduceerd. Ze werden gehou den voor het vlees en het bont. Duinmeiers pachtten de grond en hielden de zoge noemde konijnenwaranden in stand. Het was op Walcheren de abt van Middelburg die waarschijnlijk als eerste het recht ver van ondergeschikte betekenis. De bewei ding mocht de instandhouding van een ge zonde konijnenpopulatie niet in de weg staan. Aan het eind van de achttiende eeuw kan telde de situatie. De konijnen werden uit geroeid vanwege de schade die ze toe brachten aan de tuinen van de buitenplaat sen die in het vroon waren gelegen, of er aan grensden. De duinen werden uitslui tend nog verpacht voor begrazing door rundvee. Na de Franse tijd is er nog een periode geweest waarin is geprobeerd de konijnenwaranden te herstellen, maar lang heeft dat niet geduurd. De economische betekenis van de konijnenvangst was in middels sterk verminderd en die van de bosbouw nam in de achttiende eeuw toe. Onder invloed van de Verlichting was de belangstelling voor de natuur toegenomen, tegelijkertijd werd het bestaan van 'woeste grond' als een vorm van verspilling erva- wierf om konijnenwaranden te exploiteren. De konijnenvangst was sterk gereglemen teerd en dat betekende onder andere dat konijnen het eigendom bleven van de eige naar (of pachter) van de warande en dat op het illegaal vangen van konijnen hoge boetes stonden. Op Walcheren werd het recht op beweiding van de vronen even eens aan de duinmeiers verpacht, maar economisch gezien was dit aanvankelijk

Tijdschriftenbank Zeeland

de Wete | 2011 | | pagina 64